e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L364p plaats=Meeuwen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
regenen (alg.) regenen: règene (Meeuwen), rèèngele (Meeuwen) regenen III-4-4
regenjas gabardine (fr.): ga.bərdin (Meeuwen), regenjas: rèngeljas (Meeuwen, ... ), Ss. sub jas.  regenjas (Meeuwen), Sub regen.  regenjas (Meeuwen) [regenjas] || een regenmantel [N 59 (1973)] || regenjas III-1-3
regenpijp goot: gȳt (Meeuwen) De buis die het regenwater vanuit de dakgoot naar beneden voert. [N 64, 149a; L 24, 23b; L 24, 38; L B1, 160b; monogr.; Vld.] II-9
regenworm piering: pering (Meeuwen), pēreŋ (Meeuwen), worm: weͅrəm (Meeuwen), wɛərəm (Meeuwen) pier || pier, aardworm || worm || worm, alg. [ZND m] III-4-2
reis reis: ps. omgespeld volgens RND!  reͅi̯s (Meeuwen) het gaan van een plaats naar een andere, meestal met een of ander vervoermiddel (reis) [N 90 (1982)] III-3-1
reiskoffer koffer: ps. omgespeld volgens RND!  koͅfər (Meeuwen), valies (<fr.): vəlis (Meeuwen) Het voorwerp van leer, stof, riet om goederen mee op reis te nemen [koffer, valies] [N 90 (1982)] || valies: gewone naam voor boekentas, boodschappentas (vgl. Fr. valise) III-3-1
reizen reizen: ps. omgespeld volgens RND!  reͅi̯zə (Meeuwen) een reis ondernemen [reizen, pelgrimmen] [N 90 (1982)] III-3-1
rek rek: rek (Meeuwen, ... ) Soort kast van latten en planken, zonder deur, om iets in op te bergen, b.v. in de keuken (rek, schap, hang) [N 79 (1979)] III-2-1
rekenen rekenen: rèkene (Meeuwen) rekenen [ZND 41 (1943)] III-3-1
rentenieren rentenieren: rentenieren (Meeuwen, ... ) leven van de inkomsten van je goederen of kapitaal [heren, rentenieren] [N 89 (1982)] III-3-1