e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Meijel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
eekhoorntjesbrood eekhoorntjesbrood: eigen spellinsysteem  eekhoorntjesbrood (Meijel) Eekhoorntjesbrood: een eetbare paddestoel met een bruine hoed en een lichtbruine, witgeaderde voet. Vaak wordt het vlees bij het doorbreken blauw. [N 92 (1982)] III-4-3
eelt, eeltknobbel zwel: zweel (Meijel) eelt, eeltknobbel [zweel, zweil, weer, jelt] [N 10a (1961)] III-1-2
eeltwrat, zweelwrat zweel: zwęi̯l (Meijel) Wratvormige uitwassen (zweel = eelt) binnenwaarts aan de hoofdschenkels van voor- en achterpoten. Ze zijn, net als de vingerafrukken bij de mens, volkomen individueel. Men veronderstelt dat ze overblijfselen van een extra teen of aanhangsel zijn. Zie afbeelding 2.27. [A 4, 2e; L 20, 2e; N 8, 32.1, 32.3, 32.4, 32.13, 32.15 en 32.16] I-9
een aanmerking maken afstraffen: afstroeven (Meijel), de waarheid zeggen: de waorheid zegge (Meijel) iemand een afkeurende opmerking geven [struffen] [N 85 (1981)] III-1-4
een aflaat verdienen aflaat verdienen: aflōͅtə vərdīnə (Meijel), en aflaot verdiene (Meijel) Een aflaat verdienen/winnen/bekomen/halen/bidden [ne ablas verdeene?]. [N 96B (1989)] III-3-3
een april een april: īən aprel (Meijel) De dag waarop men lichtgelovige personen om een onzinnige boodschap stuurt (1 april). [N 88 (1982)] III-3-2
een askruisje halen askruisje halen: askr"sjkə hālə (Meijel), askruisje krijgen: askrutske kriege (Meijel) Zich met as laten tekenen op Aswoensdag, een askruisje halen. [N 96C (1989)] III-3-3
een baard maken baard maken: bārt mākǝ (Meijel) Het vormen van een tros bijen rond het vlieggat tegen de ingang en soms aan de randen van de vliegplank. Het is een voorteken tot zwermen. Een splitsing van het volk is op komst. Daarom gaan de werksters alvast bij duizenden rond het vlieggat hangen, poot-in-kaak. Ook tal van haalbijen sluiten zich bij de tros of baard aan, wachtend op het moment van uitzwermen. [N 63, 30a] II-6
een bed turf bed: bęt (Meijel) Leger met zes √† zeven storten ertegenaan. [II, 79e] II-4
een bevel opvolgen gehoorzamen: gehoorzamen (Meijel), luisteren: lusjtərə (Meijel), lusteren (Meijel) een bevel opvolgen [pareren, luisteren, gehoorzamen] [N 85 (1981)] III-3-1