24058 |
het heilig oliesel toedienen |
oliesel toedienen:
olisəl tudīnə (L265p Meijel)
|
Het H. Oliesel toedienen. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
26982 |
het hoog graven |
hoog graven:
hǫx grāvǝ (L265p Meijel)
|
De turf naar het hoge toe graven vindt plaats, wanneer men een klink in één keer moet afgraven. De turf wordt naar één richting gewerkt en op het hoge neergezet. [II, 57]
II-4
|
32952 |
het hooi is binnen |
is bijeen:
es˱ bęi̯ęn (L265p Meijel)
|
Gevraagd werd naar de dialekt-weergave van de uitdrukking "Het hooi is binnen". In Q 100 vult de zegsman dan aan: "Het hooi is onder de pannen ... en den erme man is oet de sjuur." Het onderwerp van de gegeven uitdrukkingen is steeds: hooi. [N 14, 127]
I-3
|
26975 |
het hout van de oplegger |
houtwerk:
hǫwtwɛ̄rǝk (L265p Meijel)
|
De houten spade van de oplegger. [II, 40b]
II-4
|
21972 |
het inzetten van duiven die jonger zijn dan 1 jaar |
piepers inzetten:
pīpərs enzetə (L265p Meijel)
|
Het inzetten van zowel mannelijke als vrouwelijke duiven die jonger zijn dan 1 jaar, nog ongepaard (natuurspel)? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
26995 |
het laag graven |
in de klinken graven:
en dǝ kleŋkǝ grāvǝ (L265p Meijel),
laag graven:
lęx grāvǝ (L265p Meijel)
|
Naast het graven naar het hoge toe kent men ook een methode waarbij men de turf omlaag kruit. Dit werk is lichter dan het graven naar het hoge toe. [II, 58]
II-4
|
32689 |
het land aftreden |
treden:
trę̄i̯ǝ (L265p Meijel)
|
Voordat men begint te ploegen, schrijdt men de akker langs twee tegenover elkaar gelegen zijden af, a) om het midden te bepalen als men bijeen gaat ploegen, b) om hem in gelijke stukken te verdelen, als men in panden gaat ploegen, c) om de vooraf of achteraf te ploegen hoek uit te zetten, als het een gerende akker betreft. De opgesomde termen, die alle "het land", "de akker", "de plak" e.d. als object veronderstellen, zijn ook toepasselijk op het schrijdend opmeten van het land in het algemeen. [N 11, 40; N 11A, 131a; JG 1a + lb; monogr.]
I-1
|
22112 |
het lossen uitstellen |
wachten:
wāxtə (L265p Meijel)
|
het lossen uitstellen? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
23609 |
het misboek omdragen |
het boek omdragen:
et book wirt omgedrage (L265p Meijel),
misboek omdraaien:
mesbūk "mdrɛ̄jə (L265p Meijel)
|
Het misboek omdragen, van de epistel- naar de evangeliezijde van het altaar brengen. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
26788 |
het omhoogkomen van het grondwater |
opborteling:
opbortǝleŋ (L265p Meijel)
|
[I, 46b]
II-4
|