| 17959 |
hurken |
op zijn hukje gaan zitten:
op z`n huukske gon zitte (L265p Meijel)
|
hurken, op zijn ~ gaan zitten [N 10 (1961)]
III-1-2
|
| 22405 |
hutselen |
hutselen:
hutsele (L265p Meijel),
rammelen:
rammele (L265p Meijel),
ramələ (L265p Meijel)
|
Schudden van het geld voordat men het opgooit [hutselen, uteren]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
| 21333 |
huurpenning |
meepenning:
[beïnvloeding door suggesties "huurpenning [...] worrel, weerder"in de vraagstelling]
meepening (L265p Meijel)
|
het geld dat de koper, of huurder contant ontvangt om de overeenkomst te bevestigen [huurpenning, godspenning, handpenning, worrel, weerder] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
| 21142 |
huurrijtuig |
diligence (fr.):
diliejonse (L265p Meijel)
|
een huurrijtuig [fiaker] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
| 20429 |
huwelijk |
trouwerij:
trouwərééj (L265p Meijel),
(op het gemeintehus).
trouwerij (L265p Meijel),
trouwpartij:
trouwpartij (L265p Meijel)
|
de plechtigheid waarbij het samenleven van een man en een vrouw wettelijk geregeld wordt [huwelijk, trouw, trouwerij] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
| 24049 |
huwelijksafkondigingen |
roepen:
èrste, twiede en drijde roep (L265p Meijel),
enkelvoud
rūp (L265p Meijel)
|
De huwelijksafkondigingen, huwelijksgeboden, de "roepen", de "geboden". [N 96D (1989)]
III-3-3
|
| 24048 |
huwelijksexamen |
onderhoud bij de pastoor:
onderhoud bij de pastoer (L265p Meijel)
|
Het huwelijksexamen bij de pastoor. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
| 23516 |
huwelijksmis |
trouwmis:
trouwmes (L265p Meijel),
troͅwmes (L265p Meijel)
|
De huwelijksmis, bruidsmis [broedsmaes]. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
| 20022 |
hyacint |
arabische hulp:
eigen spellinsysteem
arabise hulp (L265p Meijel),
hyacint:
(verschillende soorten)
hĭĕjàsint (L265p Meijel),
(verschillende variaties)
hĭĕjàsint (L265p Meijel),
eigen spellinsysteem
hijasint (L265p Meijel)
|
Hyacint (hyacinthus oriëntalis). Bloemdek met naar buiten omgebogen slippen; bol platrond met witte of violette buitenmantel. De bladeren zijn vlezig, tot 2 cm breed. De bloemstelen zijn tijdens de bloei ineengebogen, met een klein schutblaadje, de meeldr [N 92 (1982)] || Welke dialectbenamingen hebt u voor de verschillende knol- en bolgewassen: hyacinthus orientalis (hyacint) [N 73 (1975)] || Welke dialectbenamingen hebt u voor de verschillende knol- en bolgewassen: scilla (sterhyacint) [N 73 (1975)]
III-2-1
|
| 21667 |
hypotheek |
hypotheek:
hĭĕpoteek (L265p Meijel),
hypotheek (L265p Meijel)
|
de geldsom die verstrekt wordt op een onderpand bestaande uit bijv. onroerend goed [hypotheek, rippeteek] [N 89 (1982)]
III-3-1
|