e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Meijel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rauw groen: gruun (Meijel), rauw: rauw (Meijel, ... ), rauw  rauw (Meijel) rauw; Hoe noemt U: Rauw, niet gekookt (groen, rauw) [N 80 (1980)] III-2-3
ravotten ravotten: struupe  ravotten (Meijel), ruiten: rèùtje (Meijel), Vgl. WNT sub ruiten (IV): 3) In Limburg voor: stoeien (Onze Volkst. 2, 227 a).  rø͂ͅtjə (Meijel) Ruiten: ravotten, voor de grap met elkaar worstelen, gezegd van kinderen. || Voor de grap met elkaar worstelen, ravotten, gezegd van kinderen [riepen, riepzakken, raggen, balkuinen, stoeien]. [N 88 (1982)] III-3-2
razen en tieren razen: raase (Meijel), tekeergaan: te kier gao (Meijel), tekeer gao (Meijel), tə kîer gao (Meijel) luidruchtig uiting geven aan woede [razen, tieren, tekeergaan, tobben] [N 85 (1981)] III-1-4
razend van woede dol: dol (Meijel), gek: gek (Meijel), giftig: giftəch (Meijel) razend van woede, zeer woedend [dol, dul] [N 85 (1981)] III-1-4
recht stuk van een wijk recht stuk: rɛ̄xt støk (Meijel) [II, 31] II-4
recht uit de richting van de losplaats aankomen zuiver uit de hoek: zy(3)̄vər øtj də hūk (Meijel) Hoe zegt men: het aankomen van de duif: recht uit de richting van de losplaats? [N 93 (1983)] III-3-2
recht vooruitstoten met de armen stuiken: stoeke (Meijel) stoten: met de armen recht vooruit stoten [stuike] [N 10 (1961)] III-1-2
rechte, vormeloze benen olifantspoten: olifantspuüt (Meijel) benen: rechte, vormloze benen [mok-, motbeene] [N 10 (1961)] III-1-1
rechterachterkwartier achterste kwartier rechts: āxtǝrstǝ kǝrtīr rɛxts (Meijel) Het kwartier van de uier rechts achter. In de vraagstelling stond erbij wat betreft de positie van de kwartieren "van achteren gezien". [N 3A, 116d] I-11
rechterarm van een wijk rechtse arm: rɛ̄xsǝ ɛ̄rǝm (Meijel) [II, 31b] II-4