e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Meldert

Overzicht

Gevonden: 1821
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
doof doof: dūəf (Meldert) doof [ZND m] III-1-1
doofpot doofpot: duəfpoͅt (Meldert) doofpot [N 05A (1964)] III-2-1
dooier doren: dōrǝ (Meldert) Het geel van het ei. [RND 123; L 1a-m; L 3, 8; L A2, 383; JG 1b, 1c, 2c; monogr.] I-12
doopjurkje doopkleed: du.əpkli.ət (Meldert) doopkleed [RND] III-3-3
doopvont doopvont: du.əpfoͅnt (Meldert) doopvont [RND] III-3-3
dopen dopen: du.əpə (Meldert, ... ) doopen (dopen) [RND] || dopen [RND] III-3-3
doperwten peulerwten: pōleͅtə (Meldert) [Goossens 1b (1960)] I-7
dorp dorp: dørəp (Meldert) dorp [ZND m] III-3-1
dorpel dorpel: dølǝpǝr (Meldert) Zie kaart. Horizontale laag natuursteen of bakstenen aan de onderkant van een deurkozijn. Zie ook de lemmata 'Strekkenlaag', 'Staande rollaag', 'Liggende rollaag' en 'Hardsteen'. Met de term 'stofdorpel' wordt doorgaans een extra dorpelstuk aangeduid, dat soms op de onderdorpel van een binnendeurkozijn wordt aangebracht. Zie ook het lemma 'Stofdorpel'. [N 32, 12d; A 43,18; L 5, 72; L 12, 12; L B1, 152; A 45, 31; R 3-46; monogr.; Vld] II-9
dorpskom dorp: derp (Meldert) Hoe heet bij u het centrum van het dorp? (het dorp, de plaats, enz.) [ZND 48 (1954)] III-3-1