e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Melick

Overzicht

Gevonden: 3111
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
basiliek basiliek (<lat.): baseliek (Melick) Een basiliek. [N 96A (1989)] III-3-3
bazige vrouw kreng: kring (Melick) een vrouw die over iedereen de baas wil spelen en die overal aanmerkingen op heeft [kanjer, karonje, kastine, element] [N 85 (1981)] III-1-4
bebroed onbevrucht ei vuil ei: vūl ęi̯ (Melick) [N 19, 54b] I-12
beddenwarmer bedkruik: om het bed te verwarmen  baedkrōēk (Melick) pot, metalen ~ met steelvormig handvat; inventarisatie benamingen; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] III-2-1
bedekt een onaangenaamheid zeggen steken: stjaike (Melick) iemand in bedekte woorden een onaangenaamheid zeggen [giepen] [N 85 (1981)] III-3-1
bedelaar bedelaar: baideleer (Melick) de arme persoon die rondgaat of ergens zit om aalmoezen te vragen [schooier, bedelaar, klopper, rondloper, stuper, skurriekrijger] [N 89 (1982)] III-3-1
bedelaarstehuis pension (fr.): pension (Melick) een instelling waar bedelaars worden opgenomen en verzorgd [kaloentjes, kalonie, kalennis] [N 90 (1982)] III-3-1
bedelaarsvrouw armvrouw: ermvrouw (Melick) een schooiersvrouw [trut] [N 89 (1982)] III-3-1
bedelen bedelen: baidele (Melick) aalmoezen vragen voor zijn levensonderhoud [schooien, bedelen, bidden] [N 89 (1982)] III-3-1
bedelmonnik bedelpater: baidelpater (Melick) Een bedelmonnik [sopbroêder]. [N 96D (1989)] III-3-3