e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Melick

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
openbare verkoop verkoop: verkoup (Melick) een openbare verkoping aan de meest biedende; verkoping bij opbod bijv. van huizen, landerijen, groenten en fruit, vis, etc. [roep, veiling] [N 89 (1982)] III-3-1
openbare weg grote weg: grote waig (Melick) een grote, doorgaande weg, een openbare straatweg (baan, grootbaan, steenweg, kasseiweg, klinkerd, klinkweg) [N 90 (1982)] III-3-1
opgewarmde koffie opgewarmde koffie: Syst. WBD  opgewermde ko͂:ffie (Melick) Opgewarmde koffie (schuddebol?) [N 16 (1962)] III-2-3
opgroeiend jong kipje pulletje: pø̜lkǝ (Melick) Bedoeld wordt het kipje dat niet meer bij de klokhen is maar dat nog niet legt. [N 19, 40c] I-12
ophouden met het werk op-hren (< du.): opheure (Melick) ophouden met werken [afscheiden, uitscheiden, ophouden] [N 85 (1981)] III-1-4
opklaren opklaren: de lo͂ch klaort op (Melick) opklaren, helder worden [op-, doorweere, optrekken, afzomen, zich klaren, opklaren] [N 22 (1963)] III-4-4
opletten aandacht geven: aandag gaive (Melick) aandacht geven, letten op [beletten, nikken] [N 85 (1981)] III-1-4
oplettend waakzaam: waakzaam (Melick) oplettend, achtslaan op wat kan gebeuren, gereed om te handelen, waakzaam [gewarig, gewaakzaam] [N 85 (1981)] III-1-4
opper huist: hūš (Melick) De grootste soort hooihoop in het veld. [N 14, 112 en 111 add.; JG 1a, 1b, 2c; A 10, 20; A 16, 3b; A 42, 20b; L 38, 38b; monogr.] I-3
oppoken oprochelen: oprǭxǝlǝ (Melick) Het vuur oppoken. [N 29, 8a; OB 2, 2b; monogr.] II-1