20182 |
geboren worden |
geboren:
gebôâre (L383p Melick)
|
Geboren worden (jong zijn). [N 84 (1981)]
III-2-2
|
21320 |
gebrekkig spreken |
stamelen:
stjamele (L383p Melick)
|
gebrekkig spreken [hakkelen, tottelen, stamelen, touwen, tatewalen, totteren, stotteren] [N 87 (1981)]
III-3-1
|
22436 |
gebruik |
gewoonte:
gewunte (L383p Melick)
|
Een wijze van doen die in meer of minder ruime kring in zwang is [gebruik, gewoonte, gewente, zwang, geplogenheid]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
22437 |
gebruiken met driekoningen |
driekoningenfeest:
driekeuningefeest (L383p Melick)
|
De naam voor de gebruiken met Driekoningen [6 januari]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
21492 |
geburen |
naburen:
naobers (L383p Melick)
|
alle buren samen [geburen, gebuur] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
19248 |
gedenken; gedachtenis |
bedenken:
bedinke (L383p Melick),
denken:
dinke (L383p Melick),
gedenken:
gedinke (L383p Melick)
|
het vermogen om zich dingen te herinneren [geheugen, memorie] [N 85 (1981)] || terugdenkend aan overleden personen op bepaalde data [gedenken, geheugen] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
24000 |
gedoopt worden |
gedoopt worden:
geduipt waire (L383p Melick)
|
Gedoopt worden. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
24150 |
geelgors |
geelgors:
è = fr. mère
gègoerš (L383p Melick),
gele schrijver:
gaele sjriever (L383p Melick)
|
geelgors [Roukens 03 (1937)]
III-4-1
|
18098 |
geelzucht |
geel verf:
gailvêrf (L383p Melick)
|
Geelzucht: ziekte die zich uiterlijk kenmerkt door de gele kleur die de huid aanneemt ten gevolge van de opneming der galkleurstof in het bloed (galzucht, galziekte, geluw, gele verf, geelverf, verf, geelaard, gele ziekte). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
32746 |
geerakker |
geer:
gēr (L383p Melick)
|
Onder een geerakker wordt hier verstaan dat deel van een akker dat gerend geploegd moet worden als de akker niet de vorm van een rechthoek of een parallellogram heeft. De benaming voor dit onderdeel is niet zelden ook op de gerende akker in zijn geheel toepasselijk. Opgaven die duidelijk de (geometrische) vorm of een scherpe hoek van een akker bleken te betreffen, zijn in dit lemma echter niet opgenomen. Zie verder ook het volgende lemma. [N 11, 4b + 64; N 11A, 127 + 137f + 137g; N P, 1; A 33, 9 add.; A 33, 10; JG 1a + 1b; JG 2b-4, 7; monogr.]
I-1
|