21854 |
etalage |
vitrine (fr.):
vitrien (Q034p Merkelbeek)
|
de grote winkelruit waarachter men zijn waren uitgestald heeft [vitrine, etalage] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
20172 |
familie |
familie:
familie (Q034p Merkelbeek),
geparenteerd:
geparenteerd (Q034p Merkelbeek)
|
het geheel van bloedverwanten van dezelfde naam [familie, volk, parentatie, vriend] [N 87 (1981)] || het verwant-zijn, de familiebetrekkingen, de verwantschap [parentatie] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
22664 |
fanfare |
fanfare:
fanfaar (Q034p Merkelbeek)
|
Een muziekkorps dat bestaat uit koperen blaasinstrumenten en slagwerk [fanfare, fanfaar, muziek]. [N 90 (1982)]
III-3-2
|
22431 |
feest |
feest:
fieest (Q034p Merkelbeek),
kermis?:
kirmes (Q034p Merkelbeek)
|
De bijeenkomst en samenzijn ter viering van een heuglijk feit of een gedenkdag [feest, kermis, begankenis]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
22432 |
feesten |
vieren:
viere (Q034p Merkelbeek)
|
Een feest vieren [feesten, vieren, kermissen, fêteren]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
21138 |
fietsen |
fietsen:
fitse (Q034p Merkelbeek)
|
op een fiets rijden [fietsen, wieleren] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
18121 |
fijt |
fijt:
fiet (Q034p Merkelbeek)
|
nagelontsteking: De ontsteking van a) heeft ook het beenvlees van een vingerkootje aangetast; fijt (zwart, daal, vijt, fijt, fijk, fiek). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
20511 |
filet, haas |
lende:
lènje (Q034p Merkelbeek),
ossehaas:
ossehaas (Q034p Merkelbeek)
|
lendestuk; Hoe noemt U: Lendestuk, ossehaas (ossehaas, harst, osseharst, runderharst, filet) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
21853 |
filiaal |
filiaal (<fr.):
filiaal (Q034p Merkelbeek)
|
de tak van een handelshuis op een andere plaats dan waar het hoofdgebouw gevestigd is, bijwinkel [succursaal, filiaal, bijwinkel] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
34242 |
filter in de melkzeef |
zijschotel:
zišotǝl (Q034p Merkelbeek)
|
In het algemeen is de filter een linnen of katoenen lap waardoor de melk gezuiverd wordt van verontreinigingen. In plaats van deze lap gebruikt men ook wel een vel filtreerpapier of een schijf watten. Ouderwets is de met paardenhaar vervaardigde melkzeef. [L 48, 35.Ia, Ib en Ic; Lu 2, 35.Ib en Ic; A 18, 11b en 11c; BN 2, 4; monogr.]
I-11
|