e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Mettekoven

Overzicht

Gevonden: 793
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kopje jatte (fr.): djats (Mettekoven), tasje: tɛskə (Mettekoven), kleine tas  tèskə (Mettekoven) een kopje met een schoteltje [ZND 34 (1940)] || kopje, tas [ZND 28 (1938)] III-2-1
korenbloem korenbloem: kǭnblum (Mettekoven) Centaurea Cyanus L. Een niet meer zo algemeen voorkomende plant met blauwe bloemen, een spinselachtig behaarde stengel en dunne lancetvormige bladeren, die groeit in korenvelden, op zandgronden en in bermen. De plant bloeit van juni tot augustus en varieert in hoogte van 30 tot 60 cm. [A 13, 14; L 34, 31; monogr.; add. uit JG 1b] I-5
kornoelje (alg.) kornoelje: karnūlə (Mettekoven) kornoelje [ZND 01 (1922)] III-4-3
korporaal korporaal: kopeͅrâl (Mettekoven) korporaal [ZND 36 (1941)] III-3-1
korte broek korte broek: kottə brūk (Mettekoven), korte oe  ’n kotte broek (Mettekoven) korte broek (hoe heet ...?) [ZND 22 (1936)] III-1-3
kortwieken afsnijden: ãfsnēi̯ǝ (Mettekoven), intomen: ęi̯ntømǝ (Mettekoven) Men kort de vleugels van een kip, opdat ze niet kan wegvliegen. Een object ''kip'' of ''vleugels'' is niet gedocumenteerd. [N 19, 53; S 19; L 28, 35; L 1a-m; monogr.] I-12
kostganger kostganger: kōsXeͅŋər (Mettekoven) een kostganger (die bij anderen inwoont) [ZND 28 (1938)] III-3-1
kostschool pensionaat (<fr.): pensionaat (Mettekoven) kostschool [ZND 40 (1942)] III-3-1
kouter kouter: kǭ ̝.tǝr (Mettekoven) Het lange smalle mes dat (achter de voorschaar) aan de ploegboom is bevestigd en dat bij het ploegen de voor vertikaal afsnijdt. [N 11, 31.I.c; N 11A, 85b; JG 1a + 1b; A 26, 4a; L 1 a-m; L 28, 40; Lu 4, 4a; S 19; monogr.] I-1
kraag kraag: kra͂x (Mettekoven) kraag [ZND 28 (1938)] III-1-3