e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q196p plaats=Mheer

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
prutser knozelaar: knuzjelèr (Mheer), sukkelaar: sukkelêr (Mheer) iemand die onhandig is [kavveleuter, boerenklos, klos] [N 85 (1981)] || sukkelaar [SGV (1914)] III-1-4
prutswerk gepruts: gepruts (Mheer), hoddelswerk: hoddelswerk (Mheer) slordig, slecht werk [geprös, kloterij, gekwansel, troddel] [N 85 (1981)] || werk dat ondeugdelijk of ondegelijk is [getotter, prutswerk, kleuterwerk, kutselwerk] [N 85 (1981)] III-1-4
puber aankomeling: aa-kommeling (Mheer), aanspanner: cf. VD s.v. "aanspanner"2. (gew.) aankomend bediende e.d., beginneling, jongmaatje  aa-sjpender (Mheer) puber; iemand tussen 15 en 18 jaar, in de levensperiode waarin de geslachtsrijpheid optreedt en zichzelf ontwikkelt, tevens periode van geestelijke rijping [puber, aankomeling] [N 86 (1981)] III-2-2
puimsteen puimsteen: pȳmštęjn (Mheer) Lichte poreuze gestolde lava met een sponsachtig uiterlijk voor het polijsten van houtwerk en het inschuren van natte grondverf. De 'Gotlandsteen' (Q 162) is een zeer fijnkorrelige zandsteen uit Gotland in Zweden, harder dan puimsteen, die voor fijn schuurwerk wordt gebruikt. [S 29; L 40, 80; N 67, 60c; Renders 1; monogr.] II-9
puistjes brobbels: broebele (Mheer) puistjes [bultjes, botsels, brobbels] [N 10 (1961)] III-1-2
pullover pullover: pullover (Mheer) pullover truivest met mouwen zonder knopen [N 23 (1964)] III-1-3
punaise punaise (fr.): punaise (Mheer) een klein metalen stiftje met grote platte kop voor het vastzetten van tekeningen etc. [tetske, punaise] [N 90 (1982)] III-3-1
punt, stip punt: peunt (Mheer), punt (Mheer), tikkel: (s.m.)  tikkel (Mheer), tippel: (s.m.)  tippel (Mheer) een zeer klein rond teken, een punt [stip, tikske] [N 91 (1982)] || punt [SGV (1914)] || stip III-4-4
pupil pupil: pupil (Mheer) Pupil: het donkere gedeelte van het oog dat wijder of nauwer wordt naarmate er meer of minder licht in valt. [N 84 (1981)] III-1-1
purper, paarsrood purper: purper (Mheer) de kleur paarsrood [purper, pilper] [N 91 (1982)] III-4-4