e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q196p plaats=Mheer

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
verbruien begaden: begaaid (Mheer), mislukken: mislukke (Mheer), verbruien: verbruje (Mheer), verknoeien: verknoeid (Mheer) door onoordeelkundige handeling of aanpak bederven [verpeuteren, verbruien, verknoeien] [N 85 (1981)] || er niet in slagen iets tot een goed einde te brengen, geen succes hebben [slip slaan] [N 85 (1981)] || verbruien [SGV (1914)] || zwaar in de fout gaan bij een handeling door hem niet of slecht uit te voeren [begaaien] [N 85 (1981)] III-1-4
verdacht verdacht: verdach (Mheer) verdacht [SGV (1914)] III-3-1
verdacht rondlopen sluipen: sjlōēpe (Mheer) Rondzwerven met kwaad in de zin (schuipen, rallen). [N 84 (1981)] III-1-2
verdachte zaak koedel?: koedel (Mheer) een verdachte zaak, een zaak waarvan vermoed wordt dat die niet helemaal pluis is [koetel] [N 85 (1981)] III-3-1
verdenking presumering: Van Dale: presumeren (<Fr.), vermoeden, veronderstellen, aannemen.  presemēēring (Mheer) het vermoeden dat iemand iets verkeerds gedaan heeft [verdenking, persons, perzonsie] [N 85 (1981)] III-3-1
verdienen mazzelen: mazzele (Mheer) geld verdienen [bladen] [N 89 (1982)] III-3-1
verdieping verdieping: verdeeéping (Mheer) De verzamelnaam voor een horizontale laag in een huis tussen twee vloeren (verdieping, verdiep, stagie) [N 79 (1979)] III-2-1
verdord dor: WLD  dor (Mheer), verdroogd: WLD  verdruugd (Mheer) Uitgedroogd, dood, gezegd van planten en plantendelen (dor, verpieterd). [N 82 (1981)] III-4-3
verdriet; verdriet doen gedrukt: gedrukt (Mheer), leed: leid (Mheer), smart: schmart (Mheer), verdriet: verdreet (Mheer) een treurige stemming, zieleleed, kwelling van het gemoed, verdriet [trubbel, spijt, pijn, lijden, deer, vliem] [N 85 (1981)] || leed [SGV (1914)] || smart [SGV (1914)] || verdriet [SGV (1914)] III-1-4
verduisteren wegmoffelen: wegmoefele (Mheer) ontvangen geld stiekem achterhouden [seminariën, taken] [N 90 (1982)] III-3-1