e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Mheer

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
raspen raspen: raspe (Mheer) raspen (w.w.) [SGV (1914)] III-2-1
rat rat: rat (Mheer), rāt (Mheer) rat [SGV (1914)] III-4-2
ratel klabatter: klabatter (Mheer) Klapper [gebruiken demisdienaars bij het rondgaan voor eieren voor Pasen, JK]. III-3-2
ratelpopulier canadas: WLD  canadas (Mheer) De ratelpopulier; heeft bijna ronde bladeren met een gegolfde rand die aan lange platte stelen zitten; bij een beetje wind bewegen ze schuin langs elkaar, wat een ritselend geluid geeft (drilboom, vuilboom, klater, fledderaar, klaterteer, klatelleer). [N 82 (1981)] III-4-3
ravotten rulsen: rölsje (Mheer), stoeien: schtoeje (Mheer), weren: Vgl. WNT sub weren (I): 13. Worstelen.  wēͅrə (Mheer) stoeien [SGV (1914)] || Stoeien. || Voor de grap met elkaar worstelen, ravotten, gezegd van kinderen [riepen, riepzakken, raggen, balkuinen, stoeien]. [N 88 (1982)] III-3-2
razen en tieren razen: raaze (Mheer) luidruchtig uiting geven aan woede [razen, tieren, tekeergaan, tobben] [N 85 (1981)] III-1-4
razend van woede razentig: raozetig (Mheer) razend van woede, zeer woedend [dol, dul] [N 85 (1981)] III-1-4
recht vooruitstoten met de armen stuiken: sjtoeke (Mheer) stoten: met de armen recht vooruit stoten [stuike] [N 10 (1961)] III-1-2
rechtbank rechtbank: rechbank (Mheer) rechtbank [SGV (1914)] III-3-1
rechte, vormeloze benen stelten: sjtèèlte (Mheer) benen: rechte, vormloze benen [mok-, motbeene] [N 10 (1961)] III-1-1