32904 |
weren |
drogen, droog worden (van gemaaid gras):
wɛ̄rǝ (Q111q Ransdaal),
(volt dlw)
gǝwērt (Q196a Banholt, ...
Q196p Mheer),
een zandbad nemen:
wērǝn (L250p Arcen),
kloven:
wejərən (K278p Lommel),
onzichtbaar naaien:
wiǝrǝ (Q083p Bilzen),
ravotten:
Vgl. WNT sub weren (I): 13. Worstelen.
wērə (Q207p Epen),
wēͅrə (Q196p Mheer, ...
Q197a Terlinden),
schommelen:
wère (Q086p Eigenbilzen),
weerlichten:
ut weert (Q112p Voerendaal),
worstelen:
Bij dit jongensvermaak moest echt de krachtproef de doorslag geven.
waere (L330p Herten (bij Roermond)),
ps. er staat alleen z. (voor zich moet het zich of zÈch zijn? (beide vormen worden nl. in deze vragenlijst gebruikt!)
zich wêre (Q101p Valkenburg),
Vgl. WNT sub weren (I): 13. Worstelen.
were (Q203b Ingber),
wēͅrə (Q207p Epen),
wáere (L330p Herten (bij Roermond)),
wêre (L323p Buggenum),
wêren (L385p Sint-Odiliënberg),
wɛ̄re (L297p Belfeld),
zich wêre (Q105p Heer)
I-12, I-3, II-7, III-1-2, III-3-2, III-4-4
|
|