e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L159a plaats=Middelaar

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vijlhandvat hecht: hext (Middelaar), heft: hęft (Middelaar) Van hout of kunststof vervaardigde handgreep die op de arend van de vijl wordt geplaatst. Zie ook het lemma "arend". [N 33, 105] II-11
vijver vijver: vē̜i̯vǝr (Middelaar) Kleine, natuurlijke of (meest) gegraven, vaak omsloten waterplas. Vroeger groef men vaak vijvers om er vis in te houden. Tegenwoordig is de vijver vaak een deel van een park- of tuinaanleg. [R 7, 18; S 40; A 20, 1e; L 8, 47; monogr.] I-8
vinger vinger: finger (Middelaar), viŋər (Middelaar) vinger [DC 01 (1931)], [RND] III-1-1
vingers (spotnamen) fikken: fikke (Middelaar) vingers (spotbenamingen) [pinke, finkels, fikke, pingels, kluntjesvingers, de 10 geboden] [N 10 (1961)] III-1-1
vink boekvink: boekvink (Middelaar, ... ) Hoe heet de vink? [DC 06 (1938)] || vink (15 overal bekend; man heeft roodachtige borst; witte strepen op vleugel en in staart; broedt in het hout; zeer veel op trek; kooivogel [N 09 (1961)] III-4-1
visaas made: maoje (Middelaar) wormpje, borstelig ~ dat als aas wordt gebruikt bij het vissen [sprot-, sprokaos] [N 26 (1964)] III-4-2
vitsen vademen: vajǝmǝ (Middelaar) Vlechtwerk vervaardigen voor de wanden van gebouwen met vakwerk. In L 318b werd dit werk verricht door de 'tuiner' ('tȳnǝr'). In een aantal plaatsen, bijvoorbeeld in Q 111, leverde ook de strodekker gevlochten wanden voor de huizenbouw. In Q 83 gebruikte men 'hondshout' ('hǫnshōt'), een makkelijk te klieven houtsoort, voor het vlechtwerk van lemen huizen. Zie ook het lemma 'Reephout'. [N 4A, 53g; N F, 56a; monogr.] II-9
vlaai vlaai: vlaaj (Middelaar) Vla, bekend cirkelvormig gebak met vulling (vlaoj, flaaj, tabbeschaas?) [N 16 (1962)] III-2-3
vlaamse gaai marskolf: marskolf (Middelaar), martkolf: martkolf (Middelaar), meerkol: merkol (Middelaar) gaai (34 blauwe veertjes in vleugel; kan veertjes opzetten; hele jaar in bossen; soms in troepjes op trek; echte schreeuwlelijk; ook tam te maken [N 09 (1961)] || Hoe heet de Vlaamsche gaai? [DC 06 (1938)] || vlaamse gaai III-4-1
vlag vlag: vlag (Middelaar) vlag: Loopt Klaas voorop met de -? [DC 39 (1965)] III-3-1