21689 |
pacht? |
pacht:
de paacht (L159a Middelaar)
|
pacht, het bedrag dat men jaarlijks betaalt, b.v. voor een bank in de kerk [de paacht?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
21690 |
pachten |
pachten:
paachse (L159a Middelaar)
|
pachten [werkwoord] [paachte?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
24362 |
pad |
pad:
pad (L159a Middelaar)
|
pad [RND]
III-4-2
|
33037 |
pad aanmaaien |
(het is) aangemaaid:
āngǝmɛ̄i̯t (L159a Middelaar)
|
Zie het voorgaande lemma; hier de werkwoorden en bijvoeglijke naamwoorden. [monogr.; add. uit N 15, 25b]
I-4
|
17550 |
pafferig dik, opgeblazen van lijf |
pafferig (dik):
pafferig (L159a Middelaar),
poesterig:
poesterig (L159a Middelaar)
|
dik, pafferig [maf] [N 10 (1961)] || opgeblazen van lijf [poesterig] [N 10 (1961)]
III-1-1
|
18170 |
pak, kostuum |
pak:
pak (L159a Middelaar, ...
L159a Middelaar)
|
Je moet een nieuw pak kopen. [DC 41 (1966)] || kostuum of pak voor mannen en jongens [pak, montoer, monteering, antsoch, kloeft] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
24293 |
paling, aal |
aal:
geen verschil
aol (L159a Middelaar)
|
aal, paling [DC 10 (1941)]
III-4-2
|
30223 |
panlatten |
panlatten:
panlatǝ (L159a Middelaar)
|
De horizontale latten waarop de dakpannen worden gelegd. De panlatten worden met hun breedste zijde op het dakbeschot of op de kepers gespijkerd. De onderste panlat dient groter in doorsnede te zijn. Er wordt daar dan ook meestal een dubbele panlat aangebracht of een panlat op zijn kant. Dit laatste werd in Q 121c 'een daklat hoogkant' ('eŋ dāxlats hūxkaŋk'), in L 385 en Q 15 een 'panlat op zijn hoge kant' (L 385: 'panlat ǫp ˲zǝnǝ hōgǝ kanjt'; Q 15: 'panlat ǫp ˲zǝn huǝgǝ k'njt') en in K 353 'een panlat op zijn kant' ('ǝn pánlát up ˲zønǝ kãnt') genoemd. Zie ook afb. 49p en 83a. [N F, 32a; N 54, 179; N 54, 180a; N 54, 180b; N 4A, 14b; monogr.]
II-9
|
20700 |
pannenkoek |
koek:
kōēk (L159a Middelaar)
|
Pannekoek, heel in het algemeen (struif, flenske, koekebak?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|
20699 |
pannenkoekenbeslag |
mengel:
meengul (L159a Middelaar)
|
Beslag voor het bakken van pannekoeken (timper?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|