e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Millen

Overzicht

Gevonden: 1753

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
berrie karboom: (mv)  kārbøi̯m (Millen  [(bij de oogstkar)]  ) Elk van de twee bomen van de hoog- en stortkar waartussen het paard gespannen werd. De berries van de hoogkar verschillen essentieel van die van de stortkar: bij de eerste lopen de berries onder de hele bak door en maken ze er deel van uit (de zijwanden worden erop vastgezet), terwijl bij de tweede de berries tot halverwege de bak lopen en een aparte constructie vormen waarop de bak rust. Hierdoor kan de bak van de stortkar kippen, terwijl de berries op hun plaats blijven. Wanneer de bak van de hoogkar echter gekipt moet worden, gaat het hele voorstel van de kar omhoog. [N 17, 16 + 50b; N G, 54b + 64b; JG 1a; JG 1b; JG 1d; JG 2c; L 32, 63; L 34, 10; A 27, 20; Lu 5, 20] I-13
beschuit beschuit: 1a-m  bechuut (Millen) beschuit [ZND 21 (1936)] III-2-3
betalen betalen: de moes geld hemme eum te koonen betḁlen (Millen) Hoe zegt ge in uw dialect: "ge moet geld hebben om kunnen te betalen"of "ge moet geld hebben om te kunnen betalen"? De gehele uitdrukking weergeven. [ZND 36 (1941)] III-3-1
beugeltas zondagtas: sondagtes (Millen) tas, sierlijke ~ met beugel die men s zondags op de overrok draagt [beugeltes] [N 24 (1964)] III-1-3
beuk beuk: gecombineerd met ZND 1 a-m "beuk  buik (Millen) beuk (een hoge beuk) [ZND 21 (1936)] III-4-3
beurs, overrijp rijp: rijp (Millen) beurs [ZND 01 (1922)] III-2-3
bevruchten vogelen: foxǝlǝ (Millen) Het bevruchten van de hen door de haan. [JG 1a, 1b, 2c; N 19, Q 111 add.; monogr.] I-12
bewaarplaats van bieten en groenvoer in de stal voerstal: vȳrstal (Millen) De plaats in de stal waar bieten en groenvoeder worden bewaard voor direct gebruik. De grote voorraad bevindt zich buiten de stal. De in de stal bewaarde hoeveelheid is voldoende voor enkele keren voederen. Sommige woordtypen benoemen niet een specifieke opslagplaats voor bieten en groenvoeder, maar duiden in het algemeen de ruimte aan waarin men dit voeder opslaat. Zie voor de fonetische documentatie van de woorden (voerhuis), (voederij), (voerij) en (voerderij) het lemma "voorstal, voedergang" (2.2.5). [N 5A, 34c] I-6
bezadigd kalm: ook materiaal znd 21, 18  kalme man (Millen) bezadigd [ZND 01 (1922)] III-1-4
bezem bessem: bɛsǝm (Millen), bezem: beͅsəm (Millen), bɛsəm (Millen, ... ) bezem [RND], [ZND 01 (1922)], [ZND 21 (1936)] || Het keren van de dorsvloer gebeurt vaak met een bezem vervaardigd uit bremtakken. [JG 1a, 1b; monogr.; add. uit N 14, 32b en 34b] I-4, III-2-1