e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Millen

Overzicht

Gevonden: 1753

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bezemsteel steel: stīl (Millen) bezemsteel [RND] III-2-1
bezoeken bezoeken: besukken (Millen) Kom mij eens bezoeken. [ZND 21 (1936)] III-3-1
bibberen beven: bjéve (Millen) beven, bibberen [ZND 21 (1936)] III-1-2
bidden beden: ge moet biè (Millen) Ge moet bidden (in de kerk). [ZND 21 (1936)] III-3-3
biechten (gaan) biechten (gaan): ve gwon bichte (Millen), te biechte gaan: worden alledrie gebruikt  ve gwon te bichte (Millen), zich biechten (gaan): ve gwon os bichte (Millen) We gaan biechten, of ... ons biechten, of ... te biechte (welke uitdrukking is hiervoor gebruikelijk?). [ZND 21 (1936)] III-3-3
bieden bieden: bie (Millen), bī (Millen) bieden [RND], [ZND 21 (1936)] III-3-1
bier bier: bier (Millen), bīēr (Millen), verzamelfiche ook mat. van ZND 01 (a-m) ook ZND 22 vr. 27a  bier (Millen), bièr (Millen) bier [RND], [ZND 06 (1924)], [ZND 27 (1938)] III-2-3
biestmelk biestmelk: bīsmɛ.lǝk (Millen) De eerste melk van de koe, nadat ze gekalfd heeft. [L 32, 100; JG 1a, 1b; S 3; A 7, 18; monogr.] I-11
bietenloof, bladerkroon krotenloof: krōtǝlōf (Millen) De bladeren van de bietenplant. [N 12, 46; L 30, 34b; monogr.; add. uit N 12, 48] I-5
biggen werpen baggelen: bagǝlǝ (Millen) Biggen ter wereld brengen. [N 19, 13; JG 1a, 1b, 2c; monogr.; N C, add.] I-12