e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Montfort

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
stiekem achterbaks: achterbaks (Montfort), achterrugs: achterruks (Montfort), geniepig: geniepig (Montfort), gəniepig (Montfort), heimelijk: heimələk (Montfort), lopentig: loe‧ptetig (Montfort), oneerlijk: oneerlik (Montfort), stiekem: stiekem (Montfort, ... ), stiekum (Montfort), stiekəm (Montfort, ... ), stilletjes: stilkes (Montfort) achterbaks [SGV (1914)] || boosaardige streken in het geheim bedrijvend [heimelijk, geniepig, gniep, stiekem] [N 85 (1981)] || geniepig [SGV (1914)] || heimelijk, stiekem, in het geniep [stilles] [N 07 (1961)] || niet laten blijken dat iets bekend is of plaats vindt, in het geheim dingen doend [stiekem, heimelijk, tersmuiks] [N 85 (1981)] || oneerlijk, achterbakse slinkse streken [linken, slenters, slingers, slenders, list, draaiers] [N 85 (1981)] III-1-4
stiekem eten moffelen: maofelen (Montfort), moffelen (Montfort), slokken: slókke (Montfort) stiekem eten; Hoe noemt U: Steeds weer stiekem eten (knaffelen, knaspelen) [N 80 (1980)] III-2-3
stiekem uit de ampullen drinken uit de ampullen (<lat.) drinken: oet de ampulle drinke (Montfort) Stiekem uit de ampullen drinken [pölle köäre?]. [N 96B (1989)] III-3-3
stier duur: dȳr (Montfort), stier: stīr (Montfort), var: vɛr (Montfort) Mannelijk, niet gecastreerd rund. [JG 1a, 1b; A 4, 12; Gwn V, 1; L 7, 46; L 14, 14; L 20, 12; R 3, 38; S 35; Wi 14; monogr.; add. uit N 3A, 15] I-11
stijf van vingers en handen scheef: sjei.f (Montfort) stijf, van vingers en handen gezegd [scheef] [N 10 (1961)] III-1-2
stijfkop koppige: köppigə (Montfort), stijfkop: stiefkop (Montfort, ... ), warskop: waerskop (Montfort), warslap: né waerslap (Montfort) iemand die zeer koppig is, die niet graag ongelijk toegeeft [stijfkop, werskop, stijloor, strekel] [N 85 (1981)] || niet gemakkelijk te bewegen een houding of opvatting te laten varen of ongelijk te bekennen, zeer koppig [stug, wers] [N 85 (1981)] || vasthoudend aan eigen wil of inzicht [koppig, steeg, kop] [N 85 (1981)] III-1-4
stijfkoppig wars: wèrs (Montfort) niet gemakkelijk te bewegen een houding of opvatting te laten varen of ongelijk te bekennen, zeer koppig [stug, wers] [N 85 (1981)] III-1-4
stijve mortel te droog: tǝ drø̄x (Montfort) Metselmortel waar weinig water in is verwerkt. Zie voor de fonetische documentatie van het woord '(spijs)' het lemma 'Mortel'. [N 30, 43a; monogr.] II-9
stijve ogentroost lantaarntje: WLD  lantaerntje (Montfort) Stijve ogentroost (euphrasia officinalis 5 tot 25 cm. De stengels staan rechtop, zijn vertakt en hebben geen klierhaartjes; de bladeren zijn langwerpig-eivormig, en spits getand; de bloemen staan in trosjes, ze zijn wit, vaak met wat rood of blauw, mee [N 92 (1982)] III-4-3
stikken stikken: stikken (Montfort), stikkə (Montfort) Stikken, sterven door ademgebrek (stikken). [N 84 (1981)] III-1-2