24265 |
vink |
boekvink:
bookvink (L382p Montfort),
heivink:
heivink (L382p Montfort)
|
Hoe heet de vink? [DC 06 (1938)]
III-4-1
|
19746 |
violier |
flier:
eigen spelling
vleer (L382p Montfort),
violier:
eigen spelling
vleer (L382p Montfort),
WLD
fiegelier (L382p Montfort),
figelier (L382p Montfort)
|
[N 92 (1982)]Violier (Matthiola incana (L.) R.Br.). Sierplanten, meestal met langwerpige, gaafrandige bladeren; grijsachtig door de dichte beharing. De bloemen zijn verschillend gekleurd, maar niet geel, meestal paarsrood. Dik van blad en vaak met dubbele bloemen. Hau [N 92 (1982)]
I-7, III-2-1
|
22671 |
viool |
vedel:
fidel (L382p Montfort),
viool:
viool (L382p Montfort),
viōͅl (L382p Montfort)
|
Het muziekinstrument dat bestaat uit een houten kast met klankgaten en een hals waarop 4 snaren zijn gespannen en dat bespeeld wordt met behulp van een strijkstok [viool, fiool, tremp]. [N 90 (1982)]
III-3-2
|
19745 |
viooltje |
driekleur:
WLD; doie gelezen drie
drie kleur (L382p Montfort),
viool:
fijoeel (L382p Montfort),
viooltje:
eigen spelling
fieulkə (L382p Montfort)
|
[N 92 (1982)]
I-7
|
24387 |
vis, algemeen |
vis:
vis (L382p Montfort, ...
L382p Montfort)
|
visch [SGV (1914)] || visschen (mv.) [SGV (1914)]
III-4-2
|
24402 |
visaas |
sprok:
Veldeke
sprok (L382p Montfort),
sprokaas:
Veldeke
sprokaos (L382p Montfort)
|
wormpje, borstelig ~ dat als aas wordt gebruikt bij het vissen [sprot-, sprokaos] [N 26 (1964)]
III-4-2
|
22413 |
vishengel |
garde:
geͅrt (L382p Montfort),
visgarde:
visgaert (L382p Montfort)
|
Het vistuig bestaande uit een lange houten of rieten stok; aan het uiteinde is een snoer bevestigd waaraan een verschuifbare dobber zit en aan het einde een haakje [hengelgarde, topgaarde, geert, garde, lijn, roede, visgeert, vislijn, visroede]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
22852 |
viskorf |
viskast:
vischkast (L382p Montfort, ...
L382p Montfort)
|
beun (vischkast) [SGV (1914)]
III-3-2, III-4-2
|
22646 |
vissen |
vissen:
visse (L382p Montfort)
|
visschen (ww.) [SGV (1914)]
III-3-2
|
22414 |
vissnoer |
lijn:
lien (L382p Montfort),
snoer:
snoor (L382p Montfort),
vislijn:
vislijn (L382p Montfort)
|
Een touw met een of meer haken om vis te vangen [snoer, lijn]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|