e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Montfort

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
voer- en drinkgoot voergoot: vōrgø̜̄t (Montfort) De goot die vóór de koeien langs loopt in de vloer van de stal, waarin het voer wordt uitgespreid en, soms, ook water wordt gegoten om het vee te drenken. Al de benamingen die verwijzen naar een opgemetselde bak zijn overgeplaatst naar het lemma "vaste voer- en drinkbak" (2.2.15). Zie ook dat lemma. Zie ook afbeelding 8 bij het lemma "voorstal" (2.2.5). [N 5A, 37a; A 10, 10] I-6
voeren aanazen: aanazen (Montfort), voederen: voorə (Montfort) de jongen voeden, gezegd van vogels (azen, aanazen, ekeren) [N 83 (1981)] III-4-1
voergang in een dubbele stal gang: gaŋk (Montfort) In een dubbele stal, waar de koeien met de koppen naar elkaar toe staan, dient de middengang als voedergang en als hij breed genoeg is tevens als opslagplaats voor (groen)voeder. Het lemma omvat benamingen zowel voor de middengang in het algemeen als voor de middengang als voedergang. Zie voor de fonetische documentatie van (voedergang), (voergang) en (voerij) het lemma "voorstal, voedergang" (2.2.5). Zie afbeelding 9. [N 5A, 57a; add. uit N 5A, 48b] I-6
voering, voeringstof voering: vø̄reŋ (Montfort) Stof waarmee kledingstukken van binnen bekleed worden. [N 62, 18a; N 62, 84; A 4, 27b; L 20, 27b; Gi 1.IV, 29; MW; S 41; monogr.] II-7
voerman op de maaimachine schobbenmaker: schobbenmaker (Montfort) De opgaven bestaan vaak uit omschrijvingen en er is weinig echte terminologie; vergelijk ook het lemma ''afleggen'' (4.4.3). [N J, 3a; monogr.] I-4
voerschep voerschotel: vōršōtǝl (Montfort), voerteil: vōrtęi̯l (Montfort) Schep zonder steel om voer uit de koe- of varkensketel te scheppen. [N 18, 9a en 132; JG 1a, 1b] I-11
voertuig gescheer: gǝšēr (Montfort), kar: ps. invuller noteert dit woord tussen aanhalingstekens!  kar (Montfort), varing: vɛ̄reŋ (Montfort), voertuig: voortuug (Montfort), wagen: waagə (Montfort) Algemene benaming voor de vracht- en personenvoertuigen. [N 17, 15; N 17, 99; N G, 59; L 28, 24; monogr.] || de algemene naam voor een constructie op wielen die geduwd of getrokken wordt of door een motor voortbewogen wordt en die bedoeld is om personen of goederen te vervoeren [voertuig, voiture] [N 90 (1982)] I-13, III-3-1
voet voet: vowt (Montfort), vujt (Montfort) voet [SGV (1914)] || voeten [SGV (1914)] III-1-1
voet, maat van 0,28 m voet: voot (Montfort, ... ) de maat die een lengte aangeeft van 28 cm [voet] [N 91 (1982)] III-4-4
voetenbankje klein bankje: klei benkske (Montfort), voetenbankje: vootebenkske (Montfort) Het bankje om de voeten op te zetten [vootebenkske?]. [N 96A (1989)] III-3-3