e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Montfort

Overzicht

Gevonden: 5966
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
zwiepingen profiellatten: profillatǝ (Montfort) De houten latten waarmee het profiel loodrecht wordt vastgezet. Zie ook afb. 28. [N 31, 7b; monogr.] II-9
zwijgen zwijgen: zwiege (Montfort) zwijgen [SGV (1914)] III-3-1
zwijmelen schravelen: šrāvǝlǝ (Montfort), waggelen: wakǝlǝ (Montfort) Onvast, langzaam en met moeite gaan, zonder richting te houden. [N 8, 73 en 83] I-9
zwik van de wagen zwik: zwek (Montfort) De dwarsbalk die de vorkhouten onder de bak van de langwagen met elkaar verbindt. [N 17, 42 + 44d; N G, 70f; JG 1b; monogr] I-13
zwoegen ploeteren: ploetərə (Montfort), tremmen: trimmə (Montfort), wroetelen: vreutelen (Montfort), zich plagen: zich plaogə (Montfort), zich uitsloven: zich oetslòvə (Montfort), zich weren: hee werdj zich (Montfort), zich wèrə (Montfort), zwoegen: zwoege (Montfort), zwoegə (Montfort) hard werken [zwoegen, wroeten, adammen, muiken, ploeteren, trimmen, porren] [N 85 (1981)] || zich bijzonder inspannen, erg veel moeite doen [zich weren, zich uitsloven, weerbieden] [N 85 (1981)] || zwoegen (hard werken) [SGV (1914)] III-1-4
zwoord zwaard: zwaard (Montfort), zwaasj (Montfort) zwoerd (van spek) [N 07 (1961)] || zwoord (spek~) [SGV (1914)] III-2-3