e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Munstergeleen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
witte klaver, steenklaver wilde klee: weldǝ [klee] (Munstergeleen) Trifolium repens L. Een 5 tot 25 cm lange plant met kruipende stengels emn witte, later bruine, bloemhoofdjes, die van mei tot de herfst bloeien. Ook witte klaver wordt vooral als veevoeder en als dekvrucht geteeld, is eerder geschikt voor weiden dan voor maaien, maar stelt lagere eisen aan de grond. Zie ook de toelichting bij het lemma Klaver, Algemeen. Zie het lemma Klaver, Algemeen voor de fonetische documentatie van de woord(delen) klaver(-) en klee(-). [N 14, 83; monogr.] I-5
witte kool wit moes: wit moos (Munstergeleen, ... ) witte kool als gerecht [N Q (1966)] || witte kool, als plant of gewas [N Q (1966)] I-7, III-2-3
witte kwikstaart kwikstaart: kwiksjtart (Munstergeleen) kwikstaart [SGV (1914)] III-4-1
witte waterlelie waterlelie: -  waterlelie (Munstergeleen), waterlis: -  waterlis (Munstergeleen) witte waterlelie [N 37 (1971)] III-4-3
wittebrood weg: wèk (Munstergeleen), wék (Munstergeleen) Kent uw dialect het woord weg of wig = een wittebrood. A.u.b. ook de dialectvorm van uw plaats opgeven en eventueel de betekenis toelichten. [N 16 (1962)] || wittebrood [SGV (1914)] III-2-3
woensdagx goensdag: Goonsdig (Munstergeleen) Woensdag [SGV (1914)] III-4-4
wonder wonder: wonjer (Munstergeleen) wonder [SGV (1914)] III-3-3
wonen huizen: hoeze (Munstergeleen), wonen: wone (Munstergeleen) huizen (ww.) [SGV (1914)] || wonen [SGV (1914)] III-2-1
woord woord: woord (Munstergeleen) woord [SGV (1914)] III-3-1
worstelen ringen: ringe (Munstergeleen) worstelen [SGV (1914)] III-3-2