e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L288p plaats=Nederweert

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
prent(je) prent(je): print (Nederweert) prent [SGV (1914)] III-3-2
pret, schik lol: lôl (Nederweert), plezier: plezeer (Nederweert), plezeer (duien) (Nederweert), vê hette plezeer gadj (Nederweert) [schik] wij hebben ~gehad [SGV (1914)] || lol, plezier || plezier, schik || schik [SGV (1914)] III-1-4
priester priester: preester (Nederweert), prīster (Nederweert) priester [SGV (1914)] III-3-3
prijzen (mv.) prijzen: pri.zə (Nederweert) prijzen (mv.) [RND] III-3-2
prikkeldraad prikkeldraad: prekǝldrǭt (Nederweert) Twee- of driedraads gevlochten ijzerdraad van scherpe punten voorzien waarmee men een weide of een stuk grond afspant. [N M, 6b; N M, 6a; L 40, 73; JG 1b; L 32, 45 add.; Vld.; Gwn 16, 11; A 25, 4f; A 25, 8 add.; monogr.] I-8
priktol ijsdop: iesdop (Nederweert, ... ), iesdop [īzdoͅp} (Nederweert), kernel: kernèl (Nederweert) Gewone tol. [BN 03] || IJstol, priktol. || Wurfkreisel. III-3-2
proberen proberen: perbieëre (Nederweert) proberen III-1-4
processie processie (<lat.): persessie (Nederweert) processie [SGV (1914)] III-3-3
proeven proeven: preuve (Nederweert, ... ), Ieërst preuve en dan koupe Hae preuftj ¯m gaer: hij drinkt graag  preuve (Nederweert) proeven [SGV (1914)], [SGV (1914)] || proeven [pruuve, pruujve] [N 10 (1961)] III-1-1, III-2-3
pronken prijken: prieke (Nederweert) prijken [SGV (1914)] III-1-3