e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L288p plaats=Nederweert

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
speen van de koe deem: dēm (Nederweert), dīǝm (Nederweert) [N C, 12; JG 1a, 1b; A 30, 6a; L 8, 24b; L 14, 27b; L 49, 6a; monogr.] I-11
spekkoek spekkoek: spɛkkōk (Nederweert) Spekkoek zit onder andere in de etenszak. [II, 2c] II-4
spekpannenkoek spekkoek: Syst. WBD  spekkook (Nederweert) Spekpannekoek (spekbraoj?) [N 16 (1962)] III-2-3
spel (alg.) spel: en spEll (Nederweert), speul (Nederweert) spel [GTRP (1980-1995)], [SGV (1914)] III-3-2
speld spelde: spɛl (Nederweert) Puntig, van een kop voorzien metalen stiftje om iets in weefsel vast te steken of te bevestigen op of aan iets anders. [N 62, 50a; L 7, 20; L 14, 24; L B1, 73; R 14, 8a; MW; Wi 7; S 34; monogr.] II-7
spelden spelden: spɛlǝ (Nederweert) Met spelden stukken kleding of panden aan elkaar vastspelden. [N 59, 74; L 7, 20; S 34] II-7
spelen (alg.) spelen: speuhlle (Nederweert), speule (Nederweert), Sub spuuële.  speûle (Nederweert) spelen [GTRP (1980-1995)], [SGV (1914)] || Spelen. III-3-2
spenen spenen: spīǝnǝ (Nederweert) Het veulen het zuigen ontwennen. [JG 1a, 1b; N 8, 59] I-9
sperwer havik: voor: havik  haavik (Nederweert), koekoeksveer: vier namen voor de sperwer (a) en twee voor de havik (b) opgegeven; dit is a.3  koekoeksvèèr (Nederweert), smelleken: smaelke (Nederweert, ... ), voor: sperwer  smaelke (Nederweert), sperwer: vier namen voor de sperwer (a) en twee voor de havik (b) opgegeven; dit is a.4  sperver (Nederweert), stootkop: stoeëtkop (Nederweert), vier namen voor de sperwer (a) en twee voor de havik (b) opgegeven; dit is a.1  stôêtkop (Nederweert) smelleken || sperwer || sperwer / havik (35 / 55 vrij ronde vleugels en lage staart; gestreepte onderkant, gele ogen; komen onverwachts laag aanvliegen en grijpen dan de verraste prooi; de kleine soort vaak op trek; s winters ook in stad en dorp; de grote broedt zeldzaam in g [N 09 (1961)] || sperwer, valk III-4-1
sperziebonen breekbonen: bréékbooṇ (Nederweert), breekboontjes: braekbuüenkes (Nederweert), slabonen: slaojbooṇ (Nederweert) Hoe noemt u: de sperzieboontjes die men doorbreekt voor men ze kookt (breekbonen) [N 71 (1975)] || Hoe noemt u: sperzieboon of slaboon (prinsesseboon, suikerboon, boterboon) [N 71 (1975)] || spercieeboontjes I-7