e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Neeritter

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kop verwijderen afzetten: āfzętǝ (Neeritter) Nadat de kop afgehuid is, wordt hij van het lijf gesneden of gehakt. [N 28, 44; monogr.] II-1
kopdorser hekelmachine: hēkǝlmǝšin (Neeritter) Bij deze vroege gemotoriseerde dorsmachine werden de schoven met de aren (de kop van de schoof) naar voren in de machine geschoven. Het eigenlijke dorsen gebeurde in een trommel met ijzeren pinnen of tanden die doet denken aan een hekel. Zie afbeelding 12. [N 14, 6a; JG 1a, 1b; monogr.] I-4
kopen kopen: koupe (Neeritter, ... ) koopen [SGV (1914)] || kopen (geen context) [DC 37 (1964)] III-3-1
kopergeld kopergeld: koper geljd (Neeritter) koperen of bronzen geldstukken [rode loop?] [N 21 (1963)] III-3-1
kopje tas: tas (Neeritter) een kop koffie [SGV (1914)] III-2-1
kopnet kopnet: kǫpnęt (Neeritter) Vliegennet dat alleen over het hoofd van het paard wordt gehangen. [JG 1a, 1b; N 13, 83a] I-10
koppel koppel: kǫpǝl (Neeritter) De twee bij elkaar horende molenstenen. [N O, 17b; Jan 118; Coe 95; Grof 113; N D, 5] II-3
koppelstang hippel: hepǝl (Neeritter), wippermannetje: wøpǝrmɛnkǝ (Neeritter) De lat met aan de wielzijde een gebogen gedeelte, waarmee de trapbeweging door middel van de trede op het drijfwiel wordt overgebracht. [N 34, B4] II-7
koppelteugel, koppelstang koppelijzer: kǫpǝlizǝr (Neeritter), koppelstang: kǫpǝlstaŋ (Neeritter) Verbinding tussen de bitten van de paarden van een tweespan, of teugel die het haam van het bijdehandse paard (het paard dat bestuurd wordt) met het bit van het vandehandse paard (het rechtse paard van een twee- of driespan) verbindt. [N 13, 36] I-10
koppenkaliber pasmaat: pasmǭt (Neeritter) Werktuig dat bij het op maat smeden van zeskante koppen (van bijvoorbeeld bouten) wordt gebruikt om na te gaan of het werkstuk de juiste maat heeft. Het bestaat uit een langwerpig metalen plaatje waarin uitsparingen van verschillende maten zijn uitgestanst. Zie ook afb. 219. [N 33, 333b] II-11