e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Nieuwenhagen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
generale absolutie generale absolutie (<fr.): de gənəraal absəlūūsie (Nieuwenhagen) Een generale absolutie, waaraan een volle aflaat is verbonden [jeneraal-abseloetsioeën]. [N 96D (1989)] III-3-3
generale biecht generale biecht: gənəraal biech (Nieuwenhagen) Een algemene of generale biecht, vaak bij missie en retraite [jeneraalbiech]. [N 96D (1989)] III-3-3
genezen beter: bééëtər (Nieuwenhagen), genezen: gənééëzə (Nieuwenhagen), gezond: gəzonk (Nieuwenhagen) Genezen: hersteld, beter (klaar). [N 84 (1981)] III-1-2
genoegen (doen) lol: lōl (Nieuwenhagen), plezier: pləzēēr (Nieuwenhagen) tevredenheid, genoegen [trek, plezier, goesting, snoel] [N 85 (1981)] III-1-4
geraamte geraams: gerems (Nieuwenhagen), gerēms (Nieuwenhagen) geraamte [N 10a (1961)] III-1-1
gereed af: āāf (Nieuwenhagen), geschaft (du.): gəsjàft (Nieuwenhagen), klaar: klaor (Nieuwenhagen), vaardig: veeëdig (Nieuwenhagen), vèdig (Nieuwenhagen), vééëdig (Nieuwenhagen) gereed, klaar [DC 03 (1934)] || klaar met een handeling die verricht moest worden, een handeling verricht hebbend [af, vaardig, klaar, teneinde, ree, verrig] [N 85 (1981)] || klaar: Als je - bent mag je gaan spelen [DC 35 (1963)] III-1-4
gereedschap geschier: gǝšiǝr (Nieuwenhagen  [(Oranje-Nassau II / Emma / Hendrik)]   [Laura, Julia]) Algemene benaming voor het gereedschap. [N 95, 721; N 95, 724; N 95, 727; monogr.] II-5
gereedschap inleveren materiaal afleveren: matǝrjāl āflivǝrǝ (Nieuwenhagen  [(Oranje-Nassau II / Emma / Hendrik)]   [Eisden]) Werktuigen bijvoorbeeld voor reparatie inleveren. De plaatselijke term voor "gereedschap" vindt men in het lemma Gereedschap. [N 95, 724] II-5
gereedschapsbak gereedschapbuil: gǝrētšap˱byl (Nieuwenhagen), gereedschaptas: gǝrētšaptɛ̄š (Nieuwenhagen) De bak of kist waarin het gereedschap bewaard wordt. Zie ook afb. 1. [N 64, 86a-b] II-11
gereedschapskist geschierskist: gǝširskes (Nieuwenhagen  [(Oranje-Nassau II / Emma / Hendrik)]   [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]), materiaalkist: matǝrjālkes (Nieuwenhagen  [(Oranje-Nassau II / Emma / Hendrik)]   [Eisden]) Kist waarin de mijnwerker zijn materiaal kan opbergen. De "geschierkist" (Q 21) werd op de mijn Maurits gebruikt door de post-stutter. Een gereedschapskist in een pijler werd daar "pinnenkist" genoemd. Voor de fonetische documentatie van de tussen haken geplaatste woorddelen zie men het lemma Gereedschap. [N 95, 704; monogr.] II-5