e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Nieuwenhagen

Overzicht

Gevonden: 4514
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
draaikolk draaikolk: drīēenkòlk (Nieuwenhagen) kolk, plaats in water waar een snel ronddraaiende stroom is die voorwerpen kan meeslepen en naar beneden trekken [willing, wieling, waal, wolf, draaipol] [N 81 (1980)] III-4-4
draaiorgel lier: līr (Nieuwenhagen) Een draaiorgel dat op de rug gedragen wordt [lier]. [N 90 (1982)] III-3-2
draaiplaats draaischijf: drīǝnšīf (Nieuwenhagen  [(Oranje-Nassau II / Emma / Hendrik)]   [Domaniale]) Een ijzeren plaat, al dan niet vastliggend, waar de mijnwagens op worden gedraaid. [N 95, 695; monogr.; Vwo 766] II-5
dracht, drachtig zijn dracht: WBD/WLD  (dràch) (Nieuwenhagen), dràg (Nieuwenhagen) Hoe noemt u de dracht van honden, katten, konijnen etc. (kipsel) [N 83 (1981)] III-4-2
dragen dragen: drāgə (Nieuwenhagen), drágə (Nieuwenhagen) dragen [DC 02 (1932)] III-1-2
dragen, gezegd van ijs dragen: draagə (Nieuwenhagen), ⁄t īes drīēëg (Nieuwenhagen), houden: haotə (Nieuwenhagen), ⁄t hilt (Nieuwenhagen), ⁄t hult (Nieuwenhagen) dragen gezegd van ijs waarop men kan lopen [lijden, helen, houden] [N 81 (1980)] III-4-4
drager van de doodskist dodendrager: inne doeëdedreëger (Nieuwenhagen, ... ), drager: drééëger (Nieuwenhagen, ... ) een drager van de lijkkist [dreëjer] [N 96D (1989)] || het plein vóór de kerk [kerkplaats, kerkplein, plei] [N 96D (1989)] III-2-2
drager van het baldakijn hemelsdrager: d`r hieëmels-dreëger (Nieuwenhagen), hīēëməlsdragər (Nieuwenhagen) Een drager van de troonhemel [himmelsdreëjer]. [N 96C (1989)] III-3-3
drager van het kerkvaandel vanendrager: d`r vane-dreëger (Nieuwenhagen), vāānədrééëgər (Nieuwenhagen) De drager van het vaandel [vanedreëjer]. [N 96C (1989)] III-3-3
drank drank: drank (Nieuwenhagen), zuip: zèùëp (Nieuwenhagen), zuipens: zōēpes (Nieuwenhagen) drank; Hoe noemt U: Dat wat gedronken wordt (drinken, soopje, zuip) [N 80 (1980)] III-2-3