e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L433p plaats=Nieuwstadt

Overzicht

Gevonden: 3173
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
dompelen onderduwen: ūngerdujen (Nieuwstadt), soppen: soppe (Nieuwstadt) Dompelen: geheel doen onder gaan in een vloeistof (dompelen, duwen, soppen, onderduwen). [N 84 (1981)] || in een vloeistof dompelen [dopen, doppen, dompelen] [N 91 (1982)] III-1-2, III-4-4
donderkruid hommelspoezen: -  hômmels-poeze (Nieuwstadt) donderkruid [DC 46 (1971)] III-4-3
donderslag helle slag: hèllə sjláách (Nieuwstadt), hommelslag: hommelslaag (Nieuwstadt) hevige donderslag [ketterslag, kletteraar] [N 81 (1980)] III-4-4
donderwolk onweer in de lucht: ònwèèr zit in də lòch (Nieuwstadt) lucht die onweer en regen voorspelt [broeilucht, smerige lucht, donderlucht, schoer] [N 81 (1980)] III-4-4
donker worden, duisteren duisteren: duustere (Nieuwstadt) donker worden [duisteren] [N 91 (1982)] III-4-4
donker, duisterx donker: doenkel (Nieuwstadt), dōnkel (Nieuwstadt), duister: duuster (Nieuwstadt), dūūster (Nieuwstadt) donker [donkel, duuster, domp] [N 06 (1960)] || niet of weinig verlicht [donker, duister, deemster] [N 91 (1982)] III-4-4
dons, nestveren duivelshaar: duvelshoar (Nieuwstadt) het haar van jonge vogels die nog geen veren hebben (stapveren, duivelshaar, paddehaar) [N 83 (1981)] III-4-1
dood (bn.) dood: dood (Nieuwstadt) dood (bijv.) [DC 03 (1934)] III-2-2
doodskist kist: kés (Nieuwstadt), Oude naam: zerk.  kés (Nieuwstadt), zerk: Oude naam.  zerk (Nieuwstadt) doodskist; hoe noemt men het houten voorwerp, waarin de dode in het graf wordt gelegd [DC 23 (1953)] || Hoe noemt men het houten voorwerp, waarin de dode in het graf wordt gelegd? [DC 23 (1953)] III-2-2, III-3-3
doodsklok doodsklok: doodsklok (Nieuwstadt) De klok die geluid wordt na het overlijden en/of bij de begrafenis van iemand [dôdsklok, dódsklok, dödsklok, doeëdsklok?]. [N 96A (1989)] III-3-3