| 19833 |
tafelpoot |
poot:
poot (L433p Nieuwstadt)
|
tafelpoot [DC 49 (1974)]
III-2-1
|
| 28956 |
taillesuçon |
taillesuçon:
tajǝsǝson (L433p Nieuwstadt)
|
Puntnaad om de taille te accentueren. Volgens de informant van Q 16 zit deze naad rechts en links onder elke boezem één, onder de armen naast de boezem en in de rug in de taille. [N 59, 94c]
II-7
|
| 28937 |
taillewijdte |
taillewijdte:
taljǝwi-jtǝ (L433p Nieuwstadt)
|
De maat gemeten horizontaal om het lichaam in de holte van de taille met (voor heren) twee vingers tussen het lichaam en de centimeter. Zie afb. 27. [N 59, 44c; N 62, 2b]
II-7
|
| 24494 |
tak (alg.) |
tak:
tek (L433p Nieuwstadt)
|
(jonge) takken mv. [DC 41 (1966)]
III-4-3
|
| 22615 |
tak of pop voor het huis van een huwbaar meisje te plaatsen |
de mei steken:
de mei sjteke (L433p Nieuwstadt)
|
Het gebruik om een tak of een pop vóór het huis van een huwbaar meisje te plaatsen. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
| 20476 |
tak van een geslacht |
familie:
femilie (L433p Nieuwstadt)
|
de tak van een geslacht [natie, familie] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
| 19650 |
tamme kanarie |
kanarie:
kanarie (L433p Nieuwstadt)
|
Hoe noemt u de tamme kanarie? (kernollievogel, konijnevogel, pietje) [N 104 (2000)]
III-2-1
|
| 17760 |
tand |
tand:
tantj (L433p Nieuwstadt)
|
tand [DC 01 (1931)]
III-1-1
|
| 18731 |
tanden poetsen |
tanden poetsen:
pots ich mich de tenj (L433p Nieuwstadt)
|
Elke avond poets ik mijn tanden. [DC 64 (1989)]
III-1-3
|
| 18728 |
tandenborstel |
tandenborstel:
tandjebeustel (L433p Nieuwstadt)
|
Tandenborstel [DC 64 (1989)]
III-1-3
|