e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Nieuwstadt

Overzicht

Gevonden: 3173
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gruiskoolkuil gruiskoolkuil: grȳskǭlkul (Nieuwstadt  [(Maurits)]   [Maurits]) Opslagplaats voor fijnkool. [N 95, 105] II-5
gulzig gulzig: gulzig (Nieuwstadt), gölzich (Nieuwstadt) gulzig; Hoe noemt U: Snel en onmatig in het verorberen van voedsel of drank; schrokachtig (gulzig, gruizig, vratig, slokachtig) [N 80 (1980)] III-2-3
guur, kil en schraal weer koud (weer): kaut (Nieuwstadt), kaut en náát (Nieuwstadt), schuiverig (weer): sjoeverig (Nieuwstadt) nattig en koud, gezegd van het weer [kil, killig, waterkoud] [N 81 (1980)] || snijdend, droog en onaangenaam koud, gezegd van het weer [guur, onguur, stuurs] [N 81 (1980)] III-4-4
haagappel hagelap: #NAME?  hageleppe (Nieuwstadt) meidoorn [DC 13 (1945)] III-4-3
haagwinde pispotje: pespø̜tjǝ (Nieuwstadt), zeggen kinderen. Dit wordt ook het meeste gebruikt.  pispötjes (Nieuwstadt), pispotjes: pespø̜tjǝs (Nieuwstadt  [(in kindertaal)]  ), winde: węnj (Nieuwstadt), -  wènj (Nieuwstadt) Calystegia sepium (L.) R.Br. Zeer algemeen voorkomend onkruid vooral op bouwlanden en vochtige gronden, klimmend in heggen en dergelijke met een tot 3 meter lange, windende, vrijwel kale stengel en hart- tot pijlvormige bladeren. De grote klokvormige bloemen zijn wit (soms roze) van kleur. De plant bloeit van juni tot september en is meer bekend onder de naam pispotjes (Convolvulus sepium L.). Bij de naamgeving wordt vaak geen onderscheid gemaakt of vindt verwisseling plaats met de kleinere, kruipende akkerwinde (zie lemma Akkerwinde). De volgorde van de varianten van het type winde is: 1. de tweelettergrepige woorden; 2. in de eenlettergrepige naar klinker: /e - ē - ę - i/. Zie Pauwels 1933 en Brok 1991. [JG 1c, 2c; A 17, 6a; L 1, a-m; L 1u, 80; L 15, 5; S 11; monogr.; add. uit JG 1b] || haagwinde [DC 17 (1949)] I-5, III-4-3
haaks op de laag bergslag: bɛrxšlāx (Nieuwstadt  [(Maurits)]   [Maurits]) Gezegd van ondersteuningen. Men spreekt van "haaks op de laag" of "bergslag" geplaatste stijlen, wanneer zij loodrecht tussen dak en vloer zijn geplaatst. In het geval dat dak en vloer niet evenwijdig aan elkaar lopen, staan de stijlen "bergslag" als zij haaks onder het dak zijn gezet. [N 95, 295; monogr.] II-5
haaksplit haaksplit: hǫwkšplet (Nieuwstadt) Een split in haakse vorm. [N 59, 90a] II-7
haan haan: hān (Nieuwstadt) Het mannetje van de hoenderen. [N 19, 39; A 39, 3c; A 6, 1a; A 2, 30; L 7, 27; L 14, 19; L 26, 17; L 1a-m; JG 1a, 1b; Wi 13; Wi 17; Gwn 5, 15 add.; Vld.; monogr.] I-12
haar haar: hoar (Nieuwstadt) haar [DC 01 (1931)] III-1-1
haarborstel haarborstel: haor-beusjtel (Nieuwstadt) Een haarborstel. [DC 56 (1981)] III-1-3