19661 |
schrobben |
schrobben:
(is het schoonmaken met water en borstel!).
sjroebe (Q197p Noorbeek)
|
Hoe noemt u het schoonmaken van stenen of houten vloeren, van stoepen enz. met behulp van water en een grove doek? [N 105 (2000)]
III-2-1
|
19411 |
schroeien |
licht verbranden:
lich-verbraand (Q197p Noorbeek),
verbrennen:
verbrennen (Q197p Noorbeek)
|
Aan de oppervlakte verbranden (blesteren, verbranden, schroeien, zengen, schroken, schoepen) [N 79 (1979)]
III-2-1
|
24374 |
schub |
schub:
sjup (Q197p Noorbeek),
ideosyncr.
schub (Q197p Noorbeek)
|
Hoe noemt u elk van de dunne plaatjes waarmee de huid van een vis geheel of gedeeltelijk is bedekt (schub, schubbe, schelp, schulp) [N 83 (1981)]
III-4-2
|
18844 |
schuchter |
beschaamd:
besjemd (Q197p Noorbeek),
(Eijsden!).
besjeèmd (Q197p Noorbeek)
|
bang om de aandacht te trekken of zich te vertonen [blode, bedeesd, beschaamd, schuchter] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
33586 |
schudden van vruchten |
schuddelen:
sjödele (Q197p Noorbeek),
ideosyncr.
schuddele (Q197p Noorbeek),
schuddelen (Q197p Noorbeek)
|
Appels van de boom schudden (muiken). [N 82 (1981)]
I-7
|
23385 |
schuifje van de biechtstoel |
schuif:
sjuuf (Q197p Noorbeek)
|
Het afsluitbare traliewerk, de schuif in de biechtstoel. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
24441 |
schuimbeestje |
schuim:
sjoem (?) (Q197p Noorbeek)
|
stengelschuim: Kent u in uw dialect een woord voor het schuim op plantenstengels, waar een klein groen beestje in zit? Het schuim lijkt op een kloddertje spuug, hetgroene insectje houdt er zich in schuil. [N100 (1997)]
III-4-2
|
24992 |
schuimen |
schuimen:
sjume (Q197p Noorbeek)
|
schuim opwerpen, dragen of geven [bedomen, schuimen] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
21369 |
schuldig (zijn) |
schuldig (zijn):
sjöldig (Q197p Noorbeek)
|
schuld hebbend aan een overtreding of misdrijf [schuldig, plichtig] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
18102 |
schurft |
schurft:
sjurf (Q197p Noorbeek),
šørf (Q197p Noorbeek),
šø̜rf (Q197p Noorbeek)
|
Een zeer hardnekkige, heftig jeukende huidaandoening, die kan leiden tot sterke vermagering en zelfs tot totale uitputting van de aangetaste dieren. Schurft wordt veroorzaakt door verschillende soorten mijten, voor ieder dier weer verschillend. Zie ook het lemma ''schurft'' in wbd I.3, blz. 479-481. [N 3A, 89; N 52, 13; A 48A, 26; monogr.] || huidziekte, Jeukende ~ veroorzaakt door de schurftmijt; schurft (zeer, rap, krets, rui). [N 84 (1981)]
I-11, III-1-2
|