20442 |
in de doodskist leggen |
kisten:
kiste (L322a Nunhem)
|
een dode in de doodskist leggen [lichteren, kisten] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
33613 |
in de moestuin werken |
hoven:
hōͅvə (L322a Nunhem)
|
[N P (1966)]
I-7
|
17878 |
in de rug slaan (met de vuist) |
doffen:
doefe (L322a Nunhem)
|
slaan, Met een vuist in de rug ~ (doffen). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
20684 |
in de schil gekookte aardappelen |
leeuweriken:
lèèwerikken (L322a Nunhem)
|
In de schil gekookte aardappelen (zwelmennekes?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|
19449 |
in de tuin werken |
in gen hof werken:
inne haof wîrke (L322a Nunhem)
|
Een tuin verzorgen (in de hof werken, hovenieren, hoven) [N 79 (1979)]
III-2-1
|
18227 |
in lompen gekleed |
schabachtig:
sjab-echtig-aan (L322a Nunhem)
|
in lompen gekleed [haveloos, schabullig, schamel] [N 86 (1981)]
III-1-3
|
20383 |
in ondertrouw gaan |
zich aangeven:
zich aangaeve (L322a Nunhem)
|
aangifte doen bij de ambtenaar van de burgerlijke stand, waarbij de aanstaande echtgenoten elkaar verklaren dat zij met elkaar een huwelijk willen aangaan; in ondertrouw gaan [verscholen, ondertrouwen, ondertrouw doen, aantekenen] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
20252 |
in verwachting zijn |
get jongs komen:
dao kömptj get jôngs (L322a Nunhem),
groot gaan:
graoët gaon (L322a Nunhem)
|
Zwanger zijn: een kind dragen, zwanger zijn (staan, met een dik lijf lopen, inkopen, groot gaan, geladen). [N 84 (1981)]
III-2-2
|
18037 |
indigestie (hebben) |
overvreten:
êûvervraete (L322a Nunhem)
|
Indigestie: storing van de spijsvertering als gevolg van overlading van de maag, te snel eten (muik, overetendheid). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
18812 |
informeren (onoverg.) |
zich bevragen:
zich bevraoge (L322a Nunhem)
|
inlichtingen inwinnen over iets [zich naar iets erkondigen] [N 85 (1981)]
III-1-4
|