e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L216p plaats=Oirlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
grootte grootte: grŏtte (Oirlo) grootte [SGV (1914)] III-4-4
grootvader grootvad: grotvát (Oirlo), grŏatvaat (Oirlo), grötvát (Oirlo), grootvader: grōōtvader (Oirlo), J(onger) V(enraays)  grótvader (Oirlo), moedersvader: zie id. p. 359  moēdersvader (Oirlo), moērsvader (Oirlo) grootvader [DC 05 (1937)] || grootvader van moederszijde III-2-2
grootx groot: chrooət (Oirlo) groot [DC 03 (1934)] III-4-4
grote egelskop waterlis: waterlīes (Oirlo) Grote egelskop (sparganium ramosum 40 tot 150 cm grote plant. De stengels zijn vertakt; de bladeren zijn driehoekig; de vrouwelijke bloemen in 1 tot 3 bolvormige bloeiwijzen onderaan, de mannelijke bovenaan. Bloeitijd van juli tot september (driekant, w [N 92 (1982)] III-4-3
grote hoeveelheid, hoop berm: berm (Oirlo), hoop: houp (Oirlo), hoëp (Oirlo), hopen (mv.): heup (Oirlo), macht: Opm. dit is oud Venrays!  maach(t) (Oirlo), Vb. r is enne mách volk òp de bieën. Opm. oud Venrays: maach(t)  mách(t) (Oirlo), vracht: vracht (Oirlo) een grote hoeveelheid [bezie, hoop, pook, tas, klamp, kluts, krooi, berm, kluft, bres, meuk, del] [N 91 (1982)] || hoop [SGV (1914)] || hoop, ongeordende stapel || hoopen (mv.) [SGV (1914)] III-4-4
grote hostie grote hostie (<lat.): groeete hostie (Oirlo) De grote hostie, op de pateen gelegen. [N 96B (1989)] III-3-3
grote ruzie? flinke ruzie: en fleenke ruzie (Oirlo) een grote ruzie [hora, bal] [N 85 (1981)] III-3-1
grote schoonmaak grote poets: groeëte poets (Oirlo), kermispoets: kermespoets (Oirlo), schoonmaak: schónmaak (Oirlo) grote schoonmaak in het voorjaar || schoonmaak || speciale schoonmaakbeurt voor de kermis III-2-1
grote trom dikke trom: dikke troͅm (Oirlo) Een grote trom [trombol]. [N 90 (1982)] III-3-2
grote trom met bekkens dikke trom: dikke troͅm (Oirlo) Een grote trom met bekkens [djingel]. [N 90 (1982)] III-3-2