e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L216p plaats=Oirlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vouwen vouwen: vaaien (Oirlo, ... ) vouwen (mv) [SGV (1914)] || vouwen (ww) [SGV (1914)] III-1-2
vrachtwagen vrachtwagen: vrachtwage (Oirlo) een grote auto voor goederenvervoer [vrachtwagen, camion] [N 90 (1982)] III-3-1
vragen vragen: vroagen (Oirlo) vragen [SGV (1914)] III-3-1
vreemde (man) vreemde mens: eine vreimde meensch (Oirlo) vreemde [een ~ man] [SGV (1914)] III-3-1
vreugde freude (du.): fruit (Oirlo), lol: lol (Oirlo), plezier: plesier (Oirlo), plezier (Oirlo) een gevoel van blijdschap in het algemeen [plezier, lol, vreugd] [N 85 (1981)] || vreugde [SGV (1914)] III-1-4
vriend kameraad: kaməroət (Oirlo), vriend: een trouwe vriend (Oirlo), vriend (Oirlo, ... ) trouwe [een ~ vriend] [SGV (1914)] || vriend [SGV (1914)] || vriend of vriendin in het algemeen [kameraad, gespan, makker] [N 85 (1981)] || vriend(in) [RND] III-3-1
vriendelijk vriendelijk: vriendelijk (Oirlo) welgezind tegenover andere mensen, vriendelijk [gemeen, braaf] [N 85 (1981)] III-1-4
vriendin vriendin: vriendin (Oirlo) vriend of vriendin in het algemeen [kameraad, gespan, makker] [N 85 (1981)] III-3-1
vriesweer vrieskoud: vrīēskèld (Oirlo), vriesweer: vriēswaer (Oirlo) vriesweer || vriezend weer, koud en droog [N 22 (1963)] III-4-4
vriezenx vriezen: vriezen (Oirlo), ’t vrüust (Oirlo) vorst, het vriezen [gevreur] [N 22 (1963)] || vriezen [SGV (1914)] III-4-4