| 21573 |
brutaal |
frech (du.):
vrek (L216p Oirlo),
vrek zien (L216p Oirlo)
|
geen schaamte hebbend [(zeer) brutaal, astrant, frech, vrank, frank] [N 87 (1981)] || zeer onbeschaamd, zeer brutaal [astrant, ekstrant, onbeschoft] [N 85 (1981)]
III-3-1
|
| 19818 |
buffetkast |
pronkkast:
proonkkâst (L216p Oirlo)
|
een van veel glas voorziene kast, waarin dure en kostbare spullen liggen te pronken
III-2-1
|
| 22693 |
bugel |
bugel:
klein
bugel (L216p Oirlo)
|
Het koperen blaasinstrument met een schetterende, doordringende toon [trompet, toet]. [N 90 (1982)]
III-3-2
|
| 25116 |
bui, regenbui |
bui:
buj (L216p Oirlo),
en buui (L216p Oirlo),
regenbui:
raegenbuuj (L216p Oirlo),
rêgenbüj (L216p Oirlo)
|
bui [SGV (1914)] || bui, regenbui || regenbui [SGV (1914)] || regenbui, korte periode van regen [frontbui, gurze, schoer] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
| 17634 |
buik |
buik:
boek (L216p Oirlo)
|
buik [N 10b (1961)]
III-1-1
|
| 17635 |
buik (spotnamen) |
pens:
pens (L216p Oirlo, ...
L216p Oirlo),
raap:
raap (L216p Oirlo)
|
buik [N 10b (1961)] || buik: spotbenamingen [N 10 (1961)]
III-1-1
|
| 18139 |
buil op het hoofd |
bult:
bult (L216p Oirlo),
buts:
buts (L216p Oirlo)
|
buil op het hoofd [buts, buil] [N 10a (1961)]
III-1-2
|
| 20455 |
buitenechtelijk kind |
bastaard:
bastaard (L216p Oirlo),
voorkind:
vurkiend (L216p Oirlo)
|
een niet uit een wettelijk huwelijk geboren kind, buitenechtelijk kind [bastaard, speelkind, voorloper, voorkind] [N 86 (1981)] || kind dat reeds geboren is voordat de moeder trouwt
III-2-2
|
| 19367 |
buitenverblijf |
landhuis:
lândhuûs (L216p Oirlo),
villa:
villa (L216p Oirlo)
|
Een groot huis met een tuin buiten de stad; vaak het buitenverblijf van in de stad wonende mensen (villa, landhuis, buitenverblijf, campagne, buiten, hof) [N 79 (1979)]
III-2-1
|
| 18523 |
buitenzak op een jas |
jassentas:
jassetès (L216p Oirlo)
|
buitenzak in een jas [jassetes] [N 23 (1964)]
III-1-3
|