e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Oirlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
plukken, van fruit afdoen: áfdoēn (Oirlo), plukken: plukken (Oirlo) plukken [SGV (1914)] || plukken v gewassen I-7
plunderen plunderen: plundere (Oirlo) als buit meenemen [pluimen, plunderen] [N 90 (1982)] III-3-1
po, nachtspiegel pispot: Heb ik met de pispot gerámmeld: gezegde wanneer een buitenstaande/kind meent iets te moeten opmerken, zonder dat het gevraagd wordt In de pispot gewâsse en ien de schow gedruuëgd: gezegde voor gore was  pispot (Oirlo), troon: òp de troeën zitte: gezegde voor kinderen die op een po zitten  troeën (Oirlo) nachtspiegel || po, nachtspiegel III-2-1
poeder, pulver poeder: poejer (Oirlo), pulver: polver (Oirlo), stof: stôf (Oirlo) tot fijn gruis of zeer fijne koreltjes gemaakte vaste stof [peder, pulver, poeder, stof] [N 91 (1982)] III-4-4
poel kuil: kul (Oirlo), poel: pūl (Oirlo) Klein ondiep, stilstaand water, veelal als troebel of smerig gedacht. Een poel heeft dan ook meestal een meer ongunstige betekenis dan een vijver. [N 27, 24; S 28; A 20, 1; A 2, 48; monogr.] I-8
poel, plas kuil: koelen (Oirlo), poel: puul (Oirlo), (verkleinwoord: puleke; meervoud: puËl).  poēl (Oirlo) poel, plas || poelen (mv.) [SGV (1914)] III-4-4
poesjenellenkelder poesjenellenkelder: poesjenellekelder (Oirlo) De ruimte waar marionettenvoorstellingen gegeven worden [poesjenellekelder, poesje]. [N 90 (1982)] III-3-2
poetsen, schoonmaken afdoen: áfdoēn (Oirlo), doen: doēn (Oirlo), Ik mòt de keuke nog do‰n, már uurst doej ik schöttelwâsse: ik moet de keuken nog doen, maar eerst ga ik de vaat wassen  doēn (Oirlo), schoonmaken: schónmake (Oirlo), schôn make (Oirlo), ik goj miene fiets schónmake  schónmake (Oirlo) poetsen || reinigen || Reinigen, poetsen, (poetsen, kuisen, schoonmaken) [N 79 (1979)] || schoonmaken || zuiveren III-2-1
poetsmiddel koperpoets: koperpoets (Oirlo), poetspommade: poetsplemaat (Oirlo), zilverpoets: zilverpoets (Oirlo) koperpoets || Zacht schuurmiddel voor b.v. zilver of koper (kuis, poets, potlood) [N 79 (1979)] III-2-1
pofbroek knieboks: kneejbôks (Oirlo), pofboks: pôfbôks (Oirlo) plusfour, een soort pofbroek [N 23 (1964)] III-1-3