e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q033p plaats=Oirsbeek

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
krijgen krijgen: kriege (Oirsbeek) krijgen [SGV (1914)] III-3-1
krijgertje spelen nalopertje spelen: nōͅløͅpərkə (Oirsbeek), tikkertje spelen: tikkertjesjpeele (Oirsbeek) Het spel waarbij één kind anderen tracht in te halen en dan te tikken, waarna de getikte weer de vangman is (ook op dit spel bestaan talloze varianten; misschien kunt u die ook vermelden: de naam en hoe het gespeeld werd) [letsen, hets geven, hetske jagen [N 88 (1982)] III-3-2
krijsen keken: kēkə (Oirsbeek) een hard schreeuwend geluid maken, gezegd van vogels (kèken, krijsen) [N 83 (1981)] III-4-1
krioelen krioelen: krioelə (Oirsbeek), wriemelen: vriemelə (Oirsbeek) Krioelen: zich in alle richtingen dooreen bewegen (event. met veel lawaai) (krioelen, broeliën, krielen, kriewelen, kriemelen, wriemelen, wriemelen, grimmelen, wemelen). [N 84 (1981)] III-1-2
kroep kroep: krop (Oirsbeek) Kroep: ontsteking van het strottehoofd en de luchtpijp die door afzettingen op het slijmvlies gevaar van verstikking met zich meebrengt (kroep, krop, pip). [N 84 (1981)] III-1-2
kroeshaar kroeshaar: kroeshaor (Oirsbeek) kroeshaar [N 10 (1961)] III-1-1
krols loops: leupsj (Oirsbeek), lø&#x0304pš (Oirsbeek) loops, geslachtsdriftig ve kat [N 19 (1963)], [N C (1962)] III-2-1
krom, met bochten krom: kroemp (Oirsbeek), kromp (Oirsbeek, ... ) afwijkend van een rechte lijn met een of meer bochten [krom, kromp, slom] [N 91 (1982)] || krom [SGV (1914)] III-4-4
krommen krommelen: krummele (Oirsbeek) krommen [SGV (1914)] III-4-4
krommen, ombuigen buigen: beugə (Oirsbeek, ... ), krommelen: krummele (Oirsbeek), ombuigen: ombeuge (Oirsbeek) krommen [SGV (1914)] || Krommen: een kromme, gebogen vorm doen aannemen (krommen, buigen, draaien). [N 84 (1981)] || ombuigen [SGV (1914)] III-1-2