e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Oostrum

Overzicht

Gevonden: 1901
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
handdoek handdoek: hânddoēk (Oostrum) handdoek III-2-1
handlanger opperman: upǝrman (Oostrum) Helper van de metselaar. Tot de taken van de handlanger behoren onder meer het aandragen van metselstenen en het klaarmaken van de specie. [N 30, 2a; N 30, 2b; N 30, 2c; N 30, 2d; N 30, 40b; N 30, 45a; N 31, 16b; L B 1, 104; monogr.; div.; Vld] II-9
handlangeren opperen: upǝrǝ (Oostrum) De metselaar helpen bij zijn werkzaamheden door onder meer metselstenen aan te dragen en mortel klaar te maken. [N 30, 2b; N 30, 2c; monogr.] II-9
handschaar blikscheer: blęksxiǝr (Oostrum), draadscheer: drǭtsxiǝr (Oostrum), platenscheer: plātǝsxīǝr (Oostrum) In het algemeen een handschaar voor het knippen van plaatmateriaal, banden, draad, etc waarmee vooral een rechte snede wordt gemaakt. Zie ook het lemma "handschaar voor boogvormige sneden". Voor zover door de informant opgegeven, wordt achter de betreffende plaatscode met behulp van een letter verwezen naar de verschillende scharen uit afb. 137. [N 33, 244; N 33, 265; N 64, 3a; N 66, 4a; monogr.] II-11
handschroef handschroef: hantsxruf (Oostrum) Kleine, ijzeren staartbankschroef waarin men een werkstuk kan vastklemmen. Zie ook afb. 58. De handschroef wordt gebruikt onder meer gebruikt bij het klinken, solderen en met de hand vijlen van kleine voorwerpen. [N 33, 204b; N 33, 241] II-11
handvatring bandje: bɛ̄ntjǝ (Oostrum) Kleine metalen band aan het einde van het handvat van een werktuig om het splijten van het hout te verhinderen. [N 33, 251] II-11
handveger, stoffer handveger: hândvaeger (Oostrum, ... ), stofveger: stofvaeger (Oostrum), veger: vaeger (Oostrum) handveger || stoffer III-2-1
handvol handjevol: haendjevol (Oostrum) handvol, zoveel als een hand vult III-4-4
hanebalk scheerbalk: sxęrbalǝk (Oostrum) De doorgaans dubbel uitgevoerde horizontale balk die de spantbenen met elkaar verbindt. Om het doorzakken van de hanebalk te voorkomen wordt aan de bovenzijde ervan de makelaar gemonteerd. Zie ook de toelichting bij het lemma 'Makelaar' en afb. 49l. [N 54, 165a; N 54, 165b; monogr.; div.] II-9
hangslot kluister: kluuster (Oostrum), Zit \'t kloester òp de port  kloester (Oostrum) hangslot III-2-1