e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Opglabbeek

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
huurcontract huurceel: heerseel (Opglabbeek, ... ), Ze mees den hèèrd nog sjòmmele  heersel (Opglabbeek) huurceel || huurcontract III-2-1
huurhuis gehuurd huis: gəhērt hy(3)̄s (Opglabbeek), huurhuis: ērhy(3)̄s (Opglabbeek), heerhuus (Opglabbeek), heerhûs (Opglabbeek), hērhy(3)̄s (Opglabbeek) huurhuis [ZND 27 (1938)] III-2-1
huurpenning werdel: WNT: werdel - wordel, weerdel, werrel, warrel, weddel -, 1) Spinschijfje, b) Een derg. voorwerp als onderpand of teeken van contract gegeven bij het aangaan van een dienstverplichting (en bij feitelijke indiensttreding omgeruild tegen het drinkgeld, de godspenning vand. ook: drinkgeld, fooi, godspenning.  yīrəl (Opglabbeek) Hoe noemt men de huurpenning (geldstuk door boeren aan dienstpersoneel gegeven bij t huren)? [ZND 16 (1934)] III-3-1
huwelijk trouw, de -: truiw (Opglabbeek) de plechtigheid waarbij het samenleven van een man en een vrouw wettelijk geregeld wordt [huwelijk, trouw, trouwerij] [N 87 (1981)] III-2-2
huwelijksafkondiging roepen: ierste rop, twiede rop, derde rop (Opglabbeek) Wat zegt men van de verloofden als hun huwelijk in de zondagsmis is afgekondigd? Ze zijn al eens ..., al twee keer ... [ZND 41 (1943)] III-3-3
huwelijksmis trouwmis: truiwməs (Opglabbeek) De huwelijksmis, bruidsmis [broedsmaes]. [N 96D (1989)] III-3-3
identiteitskaart pas: Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller noteert bij spellingssysteem: WBD-WLD, behalve je = dj.  pás (Opglabbeek) de gelegaliseerde kaart waaruit iemands identiteit blijkt [identiteitsbewijs, indentie-bewijs, eenzelvigheidsbewijs] [N 90 (1982)] III-3-1
iemand luidruchtig berispen grommelen: is nog platter  mōjər zal gromələ (Opglabbeek), kijven: moeder zal kijven (afspelen) (Opglabbeek), schelden: mydər zal sjeͅllə = schelden (Opglabbeek) moeder zal kijven ! (in het oosten komt nog een oud woord tagge voor) [ZND 41 (1943)] III-1-4
iemands overlijden aanzeggen op iemands begrafenis verzoeken: znd 32, 71;  op eemes begrèfenis verzeeke (Opglabbeek) de buren en kennissen op iemands begrafenis uitnodigen [ZND 32 (1939)] III-2-2
iets onbelangrijks, nietigheid bazar: bázāār (Opglabbeek), rommel: rŏĕməl (Opglabbeek) een voorwerp zonder waarde; een zaak van geen enkel belang [nietlig, nietigheid, dodeman, lacheding] [N 91 (1982)] III-4-4