e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Opgrimbie

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
stijfselpap stijfsel: stiefsel (Opgrimbie) stijfselpap [ZND 32 (1939)] III-2-1
stijgbeugels stijgbeugelen: stībø̄.gǝl (Opgrimbie) Metalen, van onderen afgeplatte, aan een riem bevestigde ring waarin een ruiter de voet zet om op of af te stijgen en om op te steunen bij het rijden. [JG 1a, 1b] I-10
stilstaan hou: ou̯ (Opgrimbie), ju(j): jȳ (Opgrimbie) Voermansroep om het paard te doen stilstaan. [JG 1b; N 8, 95e en 96; L B 2, 257; L 36, 81e; monogr.] I-10
stoel stoel: st‧ōl (Opgrimbie) stoel [ZND 07 (1924)] III-2-1
stoep luif: lø͂ͅu̯f (Opgrimbie), - voor een huis  luif (Opgrimbie), stenen boord aan de voorkant van een huis  loͅwf (Opgrimbie) stoep [ZND 07 (1924)], [ZND 12 (1926)] || stoep, trottoir; hoe noemt men in uw woonplaats de stoep of het trottoir langs een straat? [DC 47 (1972)] III-3-1
stoep, trottoir luif: lø͂ͅu̯f (Opgrimbie) stoep [ZND 07 (1924)] III-2-1
stof stub: stø&#x0304p (Opgrimbie) stof [ZND 07 (1924)] III-2-1
stofblik troffel: trofəl (Opgrimbie, ... ) stofblik [ZND 01 (1922)], [ZND 21 (1936)] III-2-1
stofdoek stoblommel: stoͅploməl (Opgrimbie) een stuk doek dat gebruikt wordt om meubels af te stoffen [ZND 34 (1940)] III-2-1
stok of twijg om een kind te straffen geerd: Een gard, garde is géén stok maar een bosje rijshout ; hier wordt duidelijk naar "stok of twijg om iemand te straffen"verwezen en wordt daar opgenomen.  géért (Opgrimbie), wis: znd 23, 60c;  wusj (Opgrimbie) gard (stok) [ZND 01 (1922)] || stok of twijg om iemand te straffen [ZND 23 (1937)] III-2-2