e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Ophoven

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
klopper, garde klopper: klopper (Ophoven) Keukeninstrument voor b.v. het kloppen van room of eieren bestaande uit een aantal lusvormige draden die in een handgreep samenkomen (klopper, garde) [N 79 (1979)] III-2-1
klos garenspoel: gārǝnspōl (Ophoven) Het garenklosje met snaarschijf aan de spil van de vleugel waarop de spindraad gedraaid wordt. [N 34, B14; N 34, B17] II-7
klotsen van vloeistoffen klotsen: klōtsen (Ophoven) het geluid dat vloeistoffen maken bij het golven en botsen van de golven tegen elkaar of tegen een wand [klotsen, kwatsen, palsen] [N 91 (1982)] III-4-4
kloven kenen: kenen (Ophoven) Kloven in de hand (kenen, sprongen, reten, sjrongen). [N 109 (2001)] III-1-2
klucht blijspel: blijspel (Ophoven) Een kort toneelstuk waarin een komisch geval uit het dagelijks leven op grappige wijze wordt behandeld [klucht, knod, stop, grauw]. [N 90 (1982)] III-3-2
kluit kluit: mengsel van kolengruis en leem, tot bollen gerold voor de kachel  kly(3)̄t (Ophoven) kluit, steenkoolbriket [ZND 28 (1938)] III-2-1
kluit aarde klot: klǫt (Ophoven), kluit: klȳt (Ophoven) [N 27, 36; S 18; R 3, 8; L 28, 8; L 28, 9; L 1a-m; L B2, 290; ALE 257; Vd.; monogr.] I-8
kluizenaar kluizenaar: kluzenier (Ophoven) Een man die in een eenzame woning afgezonderd leeft van de wereld, kluizenaar [(h)er(r)emiet]. [N 96D (1989)] III-3-3
kluizenaarswoning kluis: kloes (Ophoven) De woning van zon kluizenaar [kloes]. [N 96D (1989)] III-3-3
knappen knippen: knìppen (Ophoven) met een knappend geluid open springen [knipperen] [N 91 (1982)] III-4-4