e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Ophoven

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rouwsluier rouwvoile: rouwvoile (Ophoven) een rouwsluier, voile, falie [N 96D (1989)] III-2-2
rouwsluier aan een hoed voile: vōəl (Ophoven) rouwsluier(s) aan een hoed [N 25 (1964)] III-2-2
rozenbottel hanenkul: haneköle (Ophoven), WLD  hanekūlle (Ophoven) rozebottel [ZND 02 (1923)] || rozenbottel (vrucht van de hondsroos: papetuutje, papetoet, hanekul, wepen, klokke, rozenbottel). [N 92 (1982)] III-4-3
rozenhoedje rozenhoedje: roouzenheudje (Ophoven) Een Rozenhoedje (waarbij men 1 maal het bidsnoer langs gaat). [N 96B (1989)] III-3-3
rozenkrans rozenkrans: roeezenkrans (Ophoven) De rozenkrans, het bidsnoer [bid-vr-ons?]. [N 96B (1989)] III-3-3
rozenkransgebed rozenkrans: roeezenkrans (Ophoven) Het Rozenkransgebed (hierbij gaat men 3 maal het bidsnoer langs) . [N 96B (1989)] III-3-3
rozenkransmaand rozenkransmaand: roeezenkranmaond (Ophoven) De Rozenkransmaand (d.w.z. oktober). [N 96B (1989)] III-3-3
rozijn rozijn: WBD/WLD  rezien (Ophoven) Een gedroogde druif (rozijn, serzijn). [N 82 (1981)] III-2-3
rug pokkel: pochel (Ophoven), rug: ruk (Ophoven), røg (Ophoven), rø̜k (Ophoven) rug [ZND 06 (1924)], [ZND m] || Zie afbeelding 2.29. [JG 1a, 1b; N 8, 12] I-9, III-1-1
rug van het blad van de zeis rug: rø̜k (Ophoven) De opstaande stevige rand aan de buitenzijde van het blad van de zeis. Zie afbeelding 5, nummer 5. [N 18, 68e; JG 1a, 1b] I-3