e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Ophoven

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
stilstaan hou: hou̯ (Ophoven) Voermansroep om het paard te doen stilstaan. [JG 1b; N 8, 95e en 96; L B 2, 257; L 36, 81e; monogr.] I-10
stinken ruiken: ruken (Ophoven), stinken: stinken (Ophoven) Stinken: een vieze reuk van zich geven (stinken, rieken, ruiken , muffen) [N 108 (2001)] || Stinken: een vieze reuk van zich geven (stinken, rieken, ruiken, muffen, dassen). [N 84 (1981)] III-1-1
stinkende gouwe wrattenkruid: vrattekroet (Ophoven) schelkruid [ZND 06 (1924)] III-4-3
stoelen op het priesterkoor koorstoelen: koeersteul (Ophoven) De stoelen op het priesterkoor [koeërsjteul?]. [N 96A (1989)] III-3-3
stof afnemen stof vegen: stoof vēge (Ophoven) Stof afnemen (stoffen) [N 79 (1979)] III-2-1
stofblik blik: blēēk (Ophoven), plaat: plaat (Ophoven), vuilblik: voelblik (Ophoven) Hoe noemt u het stoffer en blik samen? [N105 (2000)] || stofblik [ZND 21 (1936)] III-2-1
stofdoek stoflap: stōflap (Ophoven), vod: voͅt (Ophoven) een stuk doek dat gebruikt wordt om meubels af te stoffen [ZND 34 (1940)] III-2-1
stoffen pantoffel slof: slofə (Ophoven) sloffen, stoffen pantoffels met slappe zool [N 24 (1964)] III-1-3
stok of twijg om een kind te straffen stek: stek (Ophoven), wits: znd 23, 60c;  wits (Ophoven) een stok of twijg om een kind te straffen [lat] [N 87 (1981)] || stok of twijg om iemand te straffen [ZND 23 (1937)] III-2-2
stokvis gezouten vis: gezouten vis (Ophoven) bolling; Hoe noemt U: Gezouten en gedroogde vis (bolling) [N 80 (1980)] III-2-3