e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Ospel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
hazelaar hazelnotenstruik: -  hazelnotestroek (Ospel), hazelstruik: haazelstroêk (Ospel) hazelaar || hazelnoot - boom (Colylus Avellana L.) [DC 17 (1949)] III-4-3
hazelnoot hazelnoot: haazelnoeët (Ospel), -  hazelnoot (Ospel) hazelnoot || hazelnoot - vrucht (Colylus Avellana L.) [DC 17 (1949)] III-4-3
hazelworm slangetje: slengske (Ospel) hazelworm: Hoe noemt u de hazelworm, een pootloze hagedis die op de heide leeft en wel wat op een kleine slang lijkt? [N100 (1997)] III-4-2
hazenleger hazenkot: haazekoêt (Ospel), kot: koet (Ospel) leger ve haas || Leger, vaste ligplaats van een haas [N 94 (1983)] III-4-2
hazenpad, wissel van een haas sluipje: vast pad van haas of konijn, daar zetten de stropers de strikken  slöpke (Ospel) wissel ve haas III-4-2
hecht van een mes hecht: hicht (Ospel) handvat van een mes (hecht, heft) [N 20 (zj)] III-2-1
heen en weer (bewegen) plonsteren: plonsteren (Ospel) sterk heen en weer bewegen, gezegd van bijv. water in een glas [zwalpen] [N 91 (1982)] III-4-4
heer prins: prîns (Ospel) heer [RND] III-3-1
heerboer grote boer: grutǝ bōr (Ospel) Eigenaar van een groot boerenbedrijf, van minstens 100 ha, zo wordt wel opgegeven, die zijn bedrijf heeft geërfd of gekocht. In raderboer is rader, "wielen" als pars pro toto op te vatten voor "wagens": een boer die veel wagens bezit. [A 10, 2c; monogr.] I-6
heermoes kattenstaart: equisetum  kattestert (Ospel), paardenstaart: -  peirdestert (Ospel), paardestaart: pɛi̯rdǝstɛrt (Ospel) Equisetum arvense L. [DC 17 (1949)] || Equisetum arvense L. Zeer algemeen voorkomend onkruid uit de paardestaart-familie (Equisetum L.) op bouwland, grasland, tuinen en bermen met een rechtopstaande holle stengel, die geleed is en gemakkelijk uiteen te trekken. Op de grens van de afzonderlijke leden bevindt zich een krans van schubben, die de bladeren vertegenwoordigen. Deze sporenplant bloeit van april tot mei en varieert in hoogte van 10 tot 80 cm. In het algemeen bekender onder de familienaam paardestaart. L 214a: "De volksmond zegt dat onderaan de wortel van de katǝstart een gouden knøpkǝ zit." L 250: "Gedroogde blaadjes worden als medicinale thee gebruikt bij pijnlijke urinelozing." De samenstellingen met -staarts zijn verschoven vormen van staart; vergelijk het lemma Ploegstraat in aflevering I.1, blz. 62. [A 17, 5; A 49B, 4; monogr.] || paardestaart I-5, III-4-3