e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Ospel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
penwortel van een den pijlwortel: pīlwǫrtǝl (Ospel) De penvormige wortel van een dennenboom. [N 27, 9b] I-8
peper peper: paeper (Ospel), pèper (Ospel) peper [DC 03 (1934)] III-2-3
persen arbeiden: arbeiden (Ospel) Het maken van uitdrijvende bewegingen, gezegd van de koe die gaat kalven. [N 3A, 47] I-11
persturf persturf: pɛrstø̜rǝf (Ospel) Turf uit verschillende soorten veen of alleen uit zwartveen samengeperst. [II, 113] II-4
perzik merketon: merketón (Ospel), peers: pieërs (Ospel) perzik || perzik, soort: merkaton I-7
perzikkruid reugel: reûgel (Ospel), reuts: reutse (Ospel) perzikkruid III-4-3
pet: algemeen klak: klep (Ospel), klep: klaep (Ospel) Hoe noemt men de pet, die bij het werk gedragen wordt? Welken vorm heeft deze? Indien geen pet, maar een muts door de mannen wordt gedragen, hoe noemt men deze dan? Welken vorm heeft ze? [DC 09 (1940)] || pet, muts, klak [RND] III-1-3
peterselie peterselie: pittersillie (Ospel) peterselie I-7
petroleum ptrole (fr.): petrol (Ospel), stinkerd: stinkert (Ospel) petroleum, minerale licht ontvlambare stof die vooral tot verlichting in lampen en als brandstof wordt gebruikt [petrol, peter-, stink-, bron-, brom-, gasolie] [N 81 (1980)] III-4-4
petroleumlamp belgische lamp: beͅ.lzə la.mp (Ospel), blaker: blōͅkər (Ospel), stinkerslamp: zie tekening  stinkerslamp (Ospel) grote, hangende petroleumlamp vanaf de zolder. Ze kon d.m.v. gewichten hoger of lager worden gesteld. || lamp/ luchter; inventarisatie soorten en gebruiksmogelijkheden; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] || petroleumlamp III-2-1