25647 |
peperkoekkruiden |
kruiden:
krøjǝ (L163p Ottersum)
|
De kruiden die in peperkoekdeeg worden verwerkt. In vraag N 29, 88b werd gevraagd naar "grondstoffen voor peperkoekdeeg". Uit de melée van antwoorden zijn twee lemmata gedistilleerd nl. ''peperkoekkruiden'' en ''zoetstof voor peperkoek''. Niet in deze twee lemmata zijn opgenomen de benamingen voor ingrediënten als "potas", "druiven", "eieren", "ammoniak", "zout", "alkali", "mel", "boter", "maagzout", "water", "oude koek", "bruine zemels".' [N 29, 88b]
II-1
|
19229 |
persoon met een lastig karakter |
hengst:
Wat ennen hingst is dèn buurman van óllie
hingst (L163p Ottersum)
|
ongemakkelijk persoon
III-1-4
|
33566 |
perzik |
merketon:
mérketón (L163p Ottersum),
pierk:
pier(i)k (L163p Ottersum)
|
perzik
I-7
|
24856 |
perzikkruid |
abelskruid:
aabelskruud (L163p Ottersum)
|
perzikkruid
III-4-3
|
18281 |
pet: algemeen |
pet:
pɛt (L163p Ottersum)
|
pet, muts, klak [RND]
III-1-3
|
20410 |
petekind |
petekind:
pèètekie.nd (L163p Ottersum)
|
petekind
III-2-2
|
30578 |
petje |
verfpet:
vɛ̄rǝfpɛt (L163p Ottersum)
|
[N 67, 100d]
II-9
|
19547 |
petroleumlamp |
petroleumlamp:
petroleumlaamp (L163p Ottersum)
|
lamp/ luchter; inventarisatie soorten en gebruiksmogelijkheden; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)]
III-2-1
|
20822 |
peuk |
stommel:
støməl (L163p Ottersum)
|
stompje, peuk
III-2-3
|
21063 |
peul |
boest:
buust (L163p Ottersum),
bonenschaal:
bo.nəsxoͅ.l (L163p Ottersum),
erwtendop:
ɛ‧rtədøͅp (L163p Ottersum),
schaal:
sxoͅ.l (L163p Ottersum)
|
de peulen, de doppen van erwten of bonen [N Q (1966)]
III-2-3
|