e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Ottersum

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
peul, dop (znw) bast: buust (Ottersum) [N Q (1966)] I-7
peulen, doppen (ww.) doppen: döppen (Ottersum) [N Q (1966)] I-7
peulerwten schaalerwten: schèlé.rt (Ottersum) peulerwt I-7
peulvruchten afhalen ranken: raŋə (Ottersum), rèngen (Ottersum), rɛŋə (Ottersum) afhalen, peulvruchten van de draden ontdoen || erwten of bonen afhalen, van draden ontdoen [N Q (1966)] III-2-3
peulvruchten doppen doppen: döppen (Ottersum), døͅpə (Ottersum), peulen: pølə (Ottersum) erwten doppen || erwten of bonen doppen, ontpeulen [N Q (1966)] III-2-3
pezen pezen: pēzǝ (Ottersum) [N 28, 63; Veldeke 15, 22; monogr.] II-1
pezen blootleggen doorsteken: dørstēkǝ (Ottersum) Men maakt een snede achter de achillespees, waardoor deze bloot komt te liggen. Door het door de snede ontstane gat steekt men meestal een balkje, vaak voorzien van inkepingen. waarin dan de pezen worden geschoven, zodat deze niet weg kunnen schuiven. Zo wordt voorkomen dat het dier "dichtklapt". [N 28, 62; monogr.] II-1
pezerik pezerik: pēzǝrek (Ottersum), pēzǝrǝk (Ottersum) De uitgesneden roede of zaadstreng van een mannelijk varken na het slachten. Veelal gebruikt men deze zaadstreng om er de zaag of schaaf mee in te smeren. Ook werkschoenen vet men ermee in. ''s Winters wordt hij als voer aan de vogels, vooral de mezen, gegeven, soms ook met de bedoeling om de vogels te vangen. [N 28, 71; N 28, 72; monogr.] || De uitgesneden roede van het varken die gebruikt wordt om het zaagblad te smeren, bijvoorbeeld wanneer door nat hout gezaagd moet worden. Zie ook afb. 28. [N 50, 39b; N 53, 27; monogr.] II-1, II-12
pianoscharnier pianoscharnier: pijānosxarnir (Ottersum) Scharnier waarvan de bladen zich over de gehele lengte van de deur uitstrekken. [N 54, 90] II-9
piekeren prakkiseren: Ik prakezie.r d¯r aover mit de fiets te gaon Prakkezie.re kumt van é.rme luj  prakkezie.re (Ottersum) nadenken, denken, piekeren III-1-4