e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Ottersum

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
puntkwast hoekkwast: hukkwāst (Ottersum) Kwast waarvan de haarbundel met touw om de steel is gebonden. [N 67, 30c] II-9
put gat: gat (Ottersum) Terugwijkend gedeelte van het metselwerk van een muur. [N 31, 47a] II-9
putemmer putemmer: pøtemər (Ottersum), pøtɛmər (Ottersum) [N 12 (1961)] I-7
puthaak puthaak: pøthōͅk (Ottersum), putmik: putmik (Ottersum) [N 12 (1961)] I-7
putter putterik: putterik (Ottersum, ... ) putter || putter (12 man en pop gelijk; rood gezicht, geel in vleugel, wit in staart; hier alleen op trek; vrij schaars; distelliefhebber; zang is vrolijk, druk gedjiedel; veel in kooi [N 09 (1961)] III-4-1
raad raad: Gèf mien ¯s ien goeje raod  raod (Ottersum) raad III-1-4
raadsel raadsel: Wôrum zïj nie gekómme zien blieft mien ¯n eeweg raodsel  raodsel (Ottersum), zie raodsel  rôdsel (Ottersum) raadsel III-1-4
raam glasraam: glasrām (Ottersum) Zie kaart. Een van glas voorziene opening waardoor het buitenlicht naar binnen valt. In het onderzoeksgebied worden de woorden 'venster' en 'raam' ook wel gebruikt voor de houten of metalen omlijsting waarin de vensterruit wordt geplaatst. In het Standaardnederlands zijn de woorden 'raam', 'venster' en 'glas' onzijdig, in de meeste Limburgse dialecten echter vrouwelijk. Wanneer door de invullers nadrukkelijk een vrouwelijk genus werd opgegeven, is achter de betreffende plaatscode een (+) opgenomen. [N 55, 37; RND 49; A 46, 10a; L mon.; monogr.; Vld.] II-9
raam van de cultivator raam: dǝ rām (Ottersum) De ijzeren staven die samen het draagraam van de cultivator vormen. [N 11A, 151h; monogr.] I-2
raam van de landrol raam: rām (Ottersum), scheien: sxęi̯ǝ (Ottersum) Het door twee lange en twee korte balkjes gevormde raam waarin of waaronder de rol of cylinder kan draaien. Zie afb. 81 en 82. [JG 1a + 2c; JG 1b add.; N 11A, 184b + c + 185b; monogr.] I-2